worden er geen kristallen gevormd, eventueel na Verzamelen en afdrukken van het gevormde neerslag bij 25° C. Wordt 10 cm3, steranijsolie ineen Erlenmeyer-kolfje met 1,25 g. K3Fe(CN)6, in 4 cm3, water opgelost, en 12.5 cm3. 20 pCt. zoutzuur geschud, zoo ontstaat hier eveneens een overvloedig volumineus neerslag, dat, op een filter verzameld en herhaaldelijk tusschen filtreerpapier afgedrukt, totdat geen olievlek achterbleef, een geringe hoeveelheid' witte kristallen opleverde. Onder ’t microscoop vertoonden deze naalden veel overeenkomst met die, met K4Fe(CN)6 verkregen. De reactie van deze additie is als volgt: 2GOHIBO 4- KsFe(CN)6 + 3FFO+3HCI 2CioHiBO,Hi)Fe(CN)e, 3H2O+ 3KCI. Anijsolie, op gelijke wijze met ferricyaankali in zoutzuur behandeld, gaf ook hier meestal een opalesceerende vloeistof, maar geen overvloedig neerslag, noch kristallen, eventueel na verzamelen en afdrukken van het neerslag bij 25° C. Men doet goed, na schudden bij alle proeven het gesloten kolfje eenigen tijd aan zichzelf over te laten en daarna nog eens om te schudden. De bereiding van deze twee cineoladditieprodukten uit steranijsolie kan als een goed en eenvoudig hulpmiddel aangewend worden, om Oleum Anisi stellati van Oleum Anisi £e onderscheiden. *) Real Encycl. d. Ges. Pharm. Bd. X. 189. Praxis Hager 1925. Bd. 1. 1512. *) Real Encycl. d. Ges. Pharm. Bd. X. 190. Bd. XII. 97. 3) Pharmac. Wkbld. 1926. 929. *) Praxis Hager 1925. Bd. I. 1013. P. C. H. 1893.136. Pharm. Ztschr. f. Russland. 1893. 495. 5) Ber. Schimmel. October 1907. P. C. H. 1907. 938, 1908. 749. 1912. 32. Chem. Ztg. 1908. 109. Ber. D. Ch. Ges. 35. 1209. Ph. Wkbld. 1923. 1120. 1924, 1443. *) Ber. D. Ch. Ges. 35. 1206. 1212. P. C. H. 1912. 32: 7) P. C. H. 1912. 32. Chem. Centr. 81. 1924. 2215. 8) Ber. Schimmel, October 1907. P. C. H. 1912. 32. e) Ber. D. Ch. Ges. 34. 2689. P. C. H. 1903. 10. P. C. H-1912. 32. Ph. Wkbld. 1923. 1120. 10) Ber. D. Ch. Ges. 34. 2640. P. C. H. 1912. 33: “) Idem.
194