96
Fig. 14.1. Vrucht met een zestandigen kelk en een normale vrucht uit het midden van de inflorescentie van VS2; 2. dubbele vrucht met tientandigen kelk en een normale vrucht uit het midden van de inflorescentie van II 32.
Fig. 15. Kelk-typen op ware grootte.: A brevicalys, B craterformis, C longicalyx, D patens, E vulgaris. A. brevicalyx dikke gezwollen vrucht; kelkzoom relatief kort met stompe tanden, rechtopstaand, meestal niet breeder dan het buikig gezwollen kelkdeel; verhouding lengte; dikte = ± Va: 1. B. crateriformis weinig gezwollen min of meer langwerpige vrucht; kelkzoom breed, komvormig uitgegroeid met stompe tanden, breeder dan het gezwollen kelkdeel; verhouding lengte: dikte = ± 2V» : 1. C. longicalyx weinig gezwollen langwerpige vrucht; kelkzoom buisvormig uitgegroeid, voorzien van lange spitse tanden; verhouding lengte: dikte = + 3:1.