steld hebben bij het doen vervolgen van onbevoegden geneesmiddelverkoop, recht te doen overeenkomstig de thans bestaande wettebjke bepalingen en dit in het belang van de volksgezondheid en de volksveiligheid, terwijl het op den weg der Regeermg ligt, gevolg te geven aan den aandrang uit de kringen der georganiseerde apothekers en drogisten, om te komen tot een meer met de practijk overeenkomende regeling van het toezicht op den verkoop van geneesmiddelen. P- VAN D,ER WIELEN' Dienstplicht voor pharmaceutische studenten. Dienstplichtigen, der lichting 1927, van wie bekend is, dat zij studeeren inde tandheelkunde of inde pharmacie, worden voor zoover zij met voor de officiersopleiding zijn aangewezen en met m het bezit zijn van het bewijs van voorgeoefendheid – bestemd voor de onderofficiersonleiding bij de ziekenverplegers. 'Rotterdamse!. Natuurkundig Genootschap Voor de teden van het Rotterdamsch Natuurkundig Genootschap heeft 20 Dec. pr . W. C. de Graaff, uit Utrecht, een voordracht gehouden met lichtbeelden over de Fransche parfumerie-industrie. Waar dit verslag uitvoeriger is dan het vroeger (Ph W. 1924, blz. 647) door ons opgenomene, ontkenen we het volgende aan e N' met de mededeeling, dat het geenszins in zijn bedoeling ligt de fabricage der tallooze odeurs, poeders, pomades, zeepen, enz., welke in Frankrijk op groote schaal en van voortreffelijke hoedanigheid worden geproduceerd, te bespreken, daar deze zijde der parfumerie-industrie onmogelijk de belangstelling zou hebben, ook al zal menigeen wel eens nieuwsgierig zijn, eens e voorschriften te vernemen, welke voor de bereiding van haar of zijn lievelingsparfum worden gevolgd. Het is veel meer zm bedoeling, zijn gehoor een indruk te geven van de zoo belangrijke industrie der vluchtige oliën, der concrètes en der quintessences, welke als grondstoffen voor de odeurbereiding worden gebezigd. Hij noodigt zijn gehoor uit, hem in gedachte te volgen naar het centrum dier industrie, welke in Zuid-Frankrijk is ontstaan en nog steeds bestaat en waarvan de Fransche Rivièra met Grasse het middelpunt vormt. Om te begrijpen, waarom juist daar ter plaatse de voorwaarden gunstig zijn tot het vestigen dier nijverheid, begint spr. met het Middellandsche gebied in zijn geheel geografisch, zoowel als klimatologisch nader te beschouwen, daarbij het verband leggend tusschen ligging en klimaat. Het Middellandsche gebied is in het kort te kenschetsen als een gebied, waar de zomerperiode lang, heet en droog, de winterperiode daarentegen kort, koel en nat is. Hierdoor is het bestaan vaneen aan deze eigenaardige omstandigheden aangepaste flora slechts mogelijk, waardoor het Middellandsche gebied juist zijn eigenaardig karakter krijgt dat zich kenmerkt door het gemis aan woud en weide, welke voor het overige deel van Europa zoo typeerend zijn, maar zich daarvan onderscheidt door het voorkomen van altijd groene boomen en heesters. Het is het predomineerende heestersgewas, dat nu eens als gesloten vegetatie, als
1470