20 cm’, vloeistof worden geklaard met 2 cm3, zilvernitraat (± 5 pCt.) + 2 cm®. Dénig è s’ reagens + g. noriet. Na flink schudden wordt in het heldere filtraat met Vio N. permanganaat geoxydeerd. De oorzaak, waarom het amorfe kwikzout bij toevoeging van ruime hoeveelheid zoutzuur (of salpeterzuur) zich omzet ineen karakteristiek kristallijne verbinding, heb ik niet kunnen nagaan. De kristallijne verbinding wordt direct verkregen, door, in Plaats van met Dénigès’ reageus, te reageeren met 1 cm’. 5 pCt. sublimaatoplossing in 1 cm’, verdund zwavelzuur. (Ook dan brengt men zeer wteinig chloriden inde oplossing). De resultaten van dit onderzoek geven ook een verklaring van de methode Mu 11 eI et u). Deze toont het citroenzuur in wijn' aan, door het eerst als bariumcitraat af te zonderen, dit neerslag met verdund zwavelzuur te ontleden en in het heldere filtraat volgens Dénigès te reageeren. Het is duidelijk, dat op deze manier de chloriden, die mogelijk zouden storen, ook worden onschadelijk gemaakt. Rotterdam, Augustus 1926. Literatuurlijst. ’) Dénigès. Compt. rend. 128. 680. 132. 32 (1899). Pharm. Zentr. 39. 396 (1898). 2) Dénigès. Z. U. N. 32. 146 (1916). ’) Spind 1e r. Chem. Ztg. 28. 15 (1904). C. C. 1904. 4. 557. 4) Dénigès. Z. anal. Chem. 38. 718 (1899). 6) Fresenius enGrünhut.Z. anal. Chem. 52. 31 (1913). 6) Mös li nge r. Z. U. N. 2. 105 (1899). Z. anal. Chem. 38. 718 (1899). T) Krug, Z. U. N. 11. 155. 394. 8) Schindl er. Z. f. landlw. Vers. in Oesterr. 5. 1053 (1902). 9) Dénigès. Z. U. N. 32. 146 (1916). 10) Ba ie r—N eumann. Z.U. N. 29. 410 (1915). “) Mu 11 ele t. Ann. des Falsific. 16. 392 (1923). Referaten. Waardebepaling en onderzoek op zuiverheid van bismuthzouten. H. Va le n tin (Apoth. Zeit. 1925, 894) gebruikt een oplossing van kaliumarsenaat (het zout van Miacquer), om de officineele bismuthzouten te onderzoeken op zuiverheid en gehalte. Daarbij maakt hij gebruik van het feit, dat het bismutharsenaat het eenige
1299