artikel wordt aangenomen meenen wij, dat er aan toegevoegd zal moeten worden een zin, die geen verplichting oplegt aan den verongelijkte maar aan degenen, die over hem hebben te oordeelen, b.v. „Zij, die zich niet bereid verklaren zich te onderwerpen aan de uitspraak van den Eereraad, kunnen worden geroyeerd.” Dit lijkt mij het eenig machtsmiddel dat wij hier kunnen aanwenden.
De Voorzitter: Ik geloof, dat wanneer wij verschillende dingen gaan inlasschen, wij weer in het gedrang raken. Wij kunnen ons beter houden aan de sobere redactie, gegeven door Mr. Sa 1 m, zonder toevoeging of weglating. Wat de opmerking van Noord-Brabant betreft over weglating van dien eenen zin, daar hecht ik voor mij het meest aan de bepaling, dat de Departementen gehouden zijn zich naar de uitspraken van den Eereraad te gedragen. Het gaat er toch meestal om, dat iemand iets heeft gedaan, dat een Departement of een deel van dat Departement niet gewenscht acht. De leden van het Departement leggen zich neer bij de uitspraak van den Eereraad. Heeft de Eereraad die uitspraak gedaan, en het lid in ’t gelijk gesteld, dan moeten wij dat lid weer in ons Departement opnemen en alle verdere beoordeeling nalaten. Is hij in het ongelijk gesteld, dan kan het departement de maatregelen nemen, die het noodig oordeelt. De Eereraad is niet anders dan een lichaam, dat uitspraak doet over de persoon zelf en zijn handelingen, wanneer daarover een ongunstige meening wordt uitsproken, maar geen straf oplegt. Verder moeten wij ons tevreden stellen met de sobere redactie, zooals hier aangegeven. Ik meen, dat het verstandig is, ons zooveel moge Tijk aan het deskundig advies te houden. Wij hebben ook gevraagd, opmerkingen te voren schriftelijk in te dienen. ’s-Gravenhage heeft aan dit verzoek voldaan. Wij konden In dat geval vooraf het advies van Mr. Sa I m inwinnen. Overiisel (de heer Venlet): Mijnheer de Voorzitter. Ik kan mij met Uw beschouwing niet vereenigen. Wat hebben wij ten slotte aan een uitspraak, die wij naast ons neerleggen. Het geval kan zich toch voordoen, dat de verongelijkte zich niet neerlegt bij de uitspraak. Wij hebben geen machtsmiddel hiertegen, daarom wilde ik zeggen, dat hij dan geroyeerd kan worden. Noord-Brabant (de heer van den Dries): Het lidmaatschap eindigt door royement. Dit geschiedt door de ledenvergadering van het Departement op dein zijn reglement omschreven wijze. Het Departement kan dit dus doen. Dit behoeft niet bij den Eereraad omschreven te worden. Overiisel (de heer Venlet): Geen enkel Departement heeft die bepaling. Noord-Brabant (de heer van den Dries): Die bepaling behoeft U niet te hebben. De ledenvergadering kan royeeren. De heer van Itallie: Ik wil U nogmaals uitdrukkelijk herhalen, dat de uitspraak van den Eereraad iemand geen finantieele verplichtingen kan opleggen, omdat de Eereraad daartoe de macht niet heeft. Het Departement kan echter dien persoon royeeren. De Eereraad kan niet uitspreken, dat iemand geroyeerd moet worden, zij kan alleen zeggen, dat het optreden van dien aard is, dat
1057