Pharmacopee toegepast. Deze verschillende reacties zijn niet gelijkwaardig inde gevoeligheid, waarmede cinchonidine wordt uitgesloten.
Dc hoofdzakelijke beteekenis van de rotatie als criterium van, zuiverheid is daarin gelegen, dat daardoor niet alleen cinchonidine, maar ook de andere bijalkaloïden worden uitgesloten en dat dit geschiedt op een voor alle kinine-praeparaten analoge wijze, waarvan de gevoeligheid is te becijferen. De rotatie van kinine is evenwel niet zoo eenvoudig als die van andere optisch actieve stoffen, o.a. rietsuiker, in water opgelost, dooreen constante [*Jd uitte drukken, maar deze hangt van verschillende omstandigheden af, n.1.: a. van de concentratie van het alkaloïde inde oplossing, b. van de temperatuur, c. van den aard en de hoeveelheid van het zuur, dat voor de oplossing van het alkaloïde gebruikt is. Deze laatste afhankelijkheid is de belangrijkste en werpt tevens licht op de oorzaak van de groote variabiliteit der specifieke rotatie van kinine. Deze gaat n.l. als tweewaardige stikstofbase in oplossing met 1 aeq. zuur en nog gemakkelijker met 2 aeq. zuur. Niet alleen komen hierdoor dus reeds tweeërlei soort zoutmoleculen in aanmerking; maar bovendien is elk dezer zouten gedeeltelijk geïoniseerd en voor een klein deel (althans het bi-zout) ook gehydrolyseerd, zoodat hierdoor vele verschillende molëcuulsoorten optreden, cjk met) zijn eigen rotatie en inde oplossing met elkaar in evenwicht. Inde eerste plaats is er een groot verschil in rotatie tusschen de kinine in het mono-zout en het bi-zout, waarbij in hoofdzaak dus de base als éénmaal of als tweemaal negatief geladen ion inde oplossing aanwezig is. Maar ook de andere bovengenoemde invloeden werken daartoe mede. De verschuivingen in deze evenwichten, welke door temperatuur- en concentratieveranderingen teweeg worden gebracht, zijn verder oorzaak, dat ook van deze factoren de waargenomen rotatie aanzienlijk afhankelijk is. De invloed van de hoeveelheid zuur, waarmede de kinine in oplossing is gebracht, werd reeds in 1875 door Oudemans') en door Hesse2) gevonden. *) Oudemans, Over het soortelijk draaiingsvermogen der voornaamste kina-alkaloïden, Verhandeling der Kon. Akad. v. Wet. 1875, bl. 27 e.v. 2) Hesse, Ann. d. Chem. 176, 2HO.
470