’s-Gravenhage”, dat vrije apothekerskeuze invoerde en waarvoor van onze leden op twee na alle aphekers te ’s-Gravenhage zich beschikbaar stelden. Voor de pharmaceutische voorziening waren vele regelingen noodig en deze brachten hare moeilijkheden met zich mede. Nadat in het najaar tot instelling eener medisch-pharmaceutische commissie werd besloten en de nieuwe toestand meer was ingeburgerd, is er wat kalmte ontstaan en mogen wij hopen en verwachten, dat in 1926 alles definitief geregeld zal worden. Ook werd een ontwerp-contract met den Bond van Haagsche Ziekenfondsen in behandeling genomen. Het is zeker aan deze beide feiten te danken, dat het vergaderingbezoek iets grooter was; op de tien vergaderingen waren aanwezig gemiddeld 22,8 lid of bijna 30 pCt. van alle leden, die inde omliggende gemeenten medegerekend.
Behalve de tien vergaderingen werd in Januari een bijeenkomst gehouden ter ontvangst van Prof. Thoms, van Berlijn, waar ook verscheidene dames aanwezig waren. Inde Februari-vergadering hield Prof. Dr. N. S c h o o r I een voordracht over de chemische artikelen der 5e uitgave der Nederlandsche Pharmacopee, welke vergadering ook door verscheidene leden en candidaat-leden van Leiden werd bijgewoond. Op de meeste der overige vergaderingen deden de leden der Commissie voor Journalistiek en Wetenschappelijke Mcdedeelingen ons weder belangwekkende mededeelingen. Ter Algemeene Vergadering werd het departement vertegen\vooidigd-door de Heeren Baert en Zwikker; het eenige voorstel van ons departement daar was, om de 75e algemeene vergadering in 1926 hier ter stede uit1 te moedigen; dit werd daar zonder eenige discussie aangenomen. Het departement nam het standpunt in, dat tijdens de voorbereiding der regeling in zake filiaal- en N.V. apotheken geen leden mochten worden toegelaten, die in zoodanige functie werkzaam waren. Ook wanneer het departement niet overtuigd was van de daadwerkeijke uitoefening der artsenijbereidkunst, werd candidaten in overweging gegeven, zich terug te trekken, aan welken raad gehoor werd gegeven. Fe s-Gravenhage werden twee apotheken geopend en één opgeheven; in het overige gebied bleef het aantal apotheken constant. Door den dood ontvielen ons op te jeugdigen leeftijd Mevrouw
460