De olie wordt opgelost in 10 cm3, tetrachloorkoolstof en de oplossing met 25 cm3. 2/10 N. kaliumbromaat, 5 cm*, kaliumbromideoplossing (30 = 100) en 7 cm3, verdund zoutzuur gemengd. Daarna wordt de kolf onmiddellijk gesloten en het mengsel geschud, waarbij bevochtiging van de stop moet worden voorkomen ; na enkele minuten wordt nog eenige malen geschud en de kolf daarna in het donker geplaatst, gedurende minstens V2 uur bij een additiegetal tot 100, »! 1 ») »» 150, » 2 „ „ „ „ boven 150, tenzij anders is voorgeschreven. Door de glazen stop zeer weinig op te lichten, wordt 10 cm3, kaliumjodide toegevoegd, daarna krachtig geschud (om ook de broomdampeni op te nemen), hals en stop met water afgespoeld en teruggetitreerd met VlO N. natriumthiosulfaat onder voortdurend schudden. Het additiegetal is het aantal deelen halogeen, berekend als jood, gebonden door 100 deelen der onderzochte olie. Het wordt gevonden, door het aantal cm*. Vlo N. natriumthiosulfaat, overeenkomende met het door 100 mg. olie verbruikte halogeen, te vermenigvuldigen met 12,7. Vette Oliën moeten in goed gesloten • flesschen of in andere geschikte vaten, welke zoo mogelijk geheel gevuld zijn, op een koele plaats, buiten invloed van het licht bewaard worden. ADEPS LANAE. Het artikel is zeer gewijzigd en luidt: De gezuiverde cholestolesters uit ruwe schapenwol. Wolvet is lichtgeel, halfdoorschijnend, vaneen taaie, zalfachtige consistentie en heeft een zwakken, kenmerkenden reuk. Wordt een oplossing van Wolvet in chloroform (ongeveer 1 = 100) met een gelijk volumen zwavelzuur geschud, dan is, na ontmenging, de onderste laag roodbruin en vertoont zij groene fluorescentie. Wolvet wordt bij 40c nog niet, maar bij 50° wel vloeibaar en doorschijnend. De oplossing van 2 g. Wolvet in 10 cm’, aether mag door 2 druppels phenolphthaleïne niet rood worden; bij daaropvolgende toevoeging van 0,3 cm*. V™ N. alkali moet het mengsel rood worden (vrije vetzuren). Wordt 10 g. Wolvet met 50 cm’, water, onder voortdurend roeren, tot smelting verwarmd, dan moet, na bekoeling, het afgescheiden water nagenoeg helder zijn en neutraal reageeren:
241