staande bepaling van vrijdom eene hoogst doelmatige tegemoetkoming aan de nijveren hier te lande gedaan. De houtgeest zal dus langzamerhand hier te lande meer bekend en een gewoon handelaartikel worden. Er kunnen door dien vrijdom van accijns vragen ontstaan betreffende dezen methylalcohol, er zullen door de goedkoopheid van dien houtgeest geneesmiddelen mede vervalscht worden, zooals in Engeland reeds verscheidene malen het geval is geweest. De Apotheker is meestal de vraagbaak voor de fabrieknijverheid, hij moet zijne geneesmiddelen kunnen onderzoeken en het is dus zijne zaak kennis te maken met den methylalcohol. Het is daarom dat ik het niet ongepast oordeelde u eenige oogenblikken met dit onderwerp bezig te houden en uwe aandacht te vestigen op de bereiding van den methylalcohol, zijne scheikundige samenstelling en op zijne eigenschappen ook in verband met den gewonen alcohol. Men verkrijgt bij de drooge destillatie van hout houtteer en houtazijn. Deze houtazijn is een mengsl van water, azijnzuur, houtgeest en eene menigte andere stoffen. Als men 10 a 15% van dezen ruwen houtazijn af destilleert, verkrijgt men den ruwen houtgeest, waarin zich in het bijzonder de vluchtigste stoffen bevinden, zooals azijnzuur, ammoniak , houtazijn, aether , lignon , aceton, aldehyd , mesit, pyroxanthine en vluchtige brandige olie. Deze ruwe houtgeest vermengt men nu met kalkmelk, waardoor ammoniak vrij wordt, destilleert op een waterbad en herhaalt deze bewerking. Het verkregen vocht dat bij ongeveer 90° C. kookt, wordt met zwavelzuur verzadigd, dat de vrije ammoniak bindt en de teer afscheidt en weder op een waterbad gerectificeerd. Om den methylalcohol nog verder te zuiveren, rectificeert men nog tweemalen overeen gelijk gewicht gebrande, tot poeder gebrande kalk. Op deze wijze verkrijgt men uit den ruwen houtazijn ruim 10/o zuiveren houtgeest. Bij deze zuivering worden het azijnzuur en een deel der vluchtige oliën aan de kalk gebonden, de acetas methylicus wordt omgezet in azijnzure kalk en in methylalcohol.

387