een koolhydraat en dit kan alleen geschieden, wanneer uit zetmeel of gom water en zuurstof uittreden , terwijl bij het öormale rljpingproces integendeel voor de vorming van suiker inde parenchym-cellen water wordt opgenomen. Reeds vroeger hebben onderscheiden scheikundigen over de houtige verdikkingslagen der cellen geschreven: onder anderen Frémy (eompt., rend. 48. p. 202.) Payen (compt. rend. 210. Jonrn. f. pr. Chem. 16. S. 436), en von Baumh a u er (Journ. . pr, Chem. 32. S. 210.) Behalve de oor-Bpronkelijke cellulose heeft men nog eene celzelfstandigheid met andere eigenschappen en een booger koolstofgehalte Waargenomen. Het moet toegeschreven worden aan de moeielijkheid om deze zelfstandigheid in zuiveren staat te verkrijgen , dat men daarin nog niet met zekerheid bepaalde Verbindingen aangenomen en de juiste moleculaire formule berekend heeft. {Flora 1866, No. 18.) Om houtvezel in drukpapier te onderkennen. S. Schapringer heeft een eenvoudig en zeker middel aanbevolen om de houtvezel-zelfstandigheid, waarvan men tegenwoordig gebruik maakt om een soort van papier te maken, te ontdekken in gewoon lompenpapier en wel door aanwending van zwavelzuur-anilin. De houtvezels van verschillende soorten van hout , zoo als van pijn- , witte beuken-, populier-, linde-, witte berken-, elze- en ahornboom worden allen hierdoor geel gekleurd , doch niet de zuivere, zelfs de ongebleekte vezel van hennep, vlas en boomwol. De geelkieurende zelfstandigheid wordt noch door water, noch door heete verdunde zuren , bijtende en koolzure alcaliën verwijderd, terwijl hiertoe eene krachtige en langdurende inwerking van °xyderende agentia noodig is, bij welke ook de plantenvezel zelf wordt aangetast en vernietigd. Voor het onderzoek doet men ineen glazen buisje 2 droppels aniliu en eenigo droppels verdund zwavelzuur en
309