gekomen zijn, als men het ozon op kunstmatige wijze had voortgebraeht in eene beperkte ruimte, waarin bepaalde ziekten heerschten (1). De schrijver heeft reeds in 1855, bij het bestuderen van het ozon te Constantinopel waarnemingen gedaan, waarin hij den gang van dit agens had vergeleken met dien van de voornaamste atmospherische verschijnselen, naar de veronderstelde aanduidingen door het ozonometrisch papier van Schoenbein. Hij kon echter geen andere betrekking tusschen deze verschijnselen onderkennen, dan eene sterkere kleuring van het reactief gedurende de heetste uren van den dag en tijdens regen of vochtig weder. Indien dit papier meer vertrouwen verdiende, zoo zouden (1) Zoo heeft een jong militair geneesheer Delahousse voorgesteld om de ongezondheid der ziekenzalen te verbeteren door eene aanhoudende kunstmatige productie van ozon. Wij citeren de volgende regelen uit eene nota, die hij den 2 I’ebr, 1862 daarover tot de conseil de santé des armées te Bitsche richtte: «Reeds eenigen tijd geleden (1860) heeft Le Roux een middel aangeraden om ozon in genoegzame hoeveelheid voort te brengen, ten einde dit principe te kunnen onderzoeken. Geef een platinadraad de een of anderen vorm, bij voorbeeld van eene spiraal, welks omwindingen zeer dicht tegen elkander zitten, plaatst hierboven een omgekeerde ton en maak de draad gloeiend door middel van een enkelvoudig Bunsen’s element; onmiddellijk zal men boven de ton , die de verwarmde en in circulatie zijnde lucht concentreert, de karakteristieke reuk van het ozon waarnemen en het reageerpapier zal alle twijfel wegnemen. De toepassing nu van deze methode op de desinfectatie der ziekenzalen is zeer eenvoudig ; men plaatst boven aau eene zaal een platinadraad ingericht op de genoemde wijze en van eene genoegzame lengte en in verbinding met een Bun se n’s element en men zal aldaar eene constante bron van ozon bezitten, waarvan men naar willekeur de intensiteit kan wijzigen, naar de aanwijzigingen van het papier.” Men zal gereedelijk het groote belang inzien van zulk eene nieuwe inrichting. Het zij genoog te wijzen op de gemakkelijke en volkomen vernietiging der miasmen, die inde zalen waar de gekwetsten liggen, verspreid zijn en welke uitwasemingen een zoo uadeeligen invloed op den staat der wonden uitoefenen.
102