dagen verkrijgbaar zijn en aan eene gevoelde behoefte voldoen.
Ons overtuigd houdende, dat bij dit Departement alles wordt aangewend, wat strekken kan om onzen stand te verheffen, zoo door aankweeking van kennis als door bevordering der harmonie , sluiten wij dit ons verslag mek den wensch, dat door de nieuwe geneeskundige staatsregeling moge uitgewerkt worden ; „Bevordering der Pharmacie in Nederland”!!! Departement Amsterdam. Het Departement mogt zich inden loop van het jaar met de toetreding van 5 nieuwe leden verheugen, 2 daarentegen bedankten voor het lidmaatschap , zoodat het nu 67 contribuerende leden telt, waaronder 4 buitenleden, daarenboven één honorair lid Dr. S. Sarphati. In het bestuur is geene verandering gekomen; de secretaris verklaarde zich bereid op uitnoodiging van zijne medebestuurders zijne functie te blijven waarnemen, terwijl de heer Alma met algemeene stemmen werd herkozen. De vergaderingen zijn geregeld gehouden, maarde opkomst der leden liet nog al te wenschen over. Het ondersteuningsfonds voor hulpbehoevende kunstgenooten gaat langzamerhand vooruit door vrijwillige bijdragen van velen der leden en de bijgevoegde rente van het kapitaal. Met belangstelling heeft het Departement de beraadslagingen over de nieuwe wetsontwerpen, in zake de geneeskundige staatsregeling, door de Tweede Kamer der Staten-Gcneraal gevolgd, en ofschoon het zeer gaarne veel der daarin opgenomen artikelen anders gewenscht, sommige zelfs niet aangenomen en andere wel daarin had hopen te zien opnemen , heeft het Departement toch besloten zich te verklaren tegen het indienen vaneen adres tot verwerping aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal, omdat het inde nieuwe wetten meer waarborg meende te zien voor de verbetering van den stand der pharmaceuten inde toekomst,
339