welligt ook nog van andere soorten van hetzelfde geslacht. De genoemde soort is een kleine boom ter hoogte van circa 20 voeten, die voornamelijk in geheel Yoor-Indië van Birma tot aan den Indus en van Ceylon tot inde heete dalen der Himalaya tehuis behoort, doch ook in Zuid-Arabië, op de tegenoverliggende Somalikust, alsmede in Abyssinië, op de Philippijnsche eilanden, in Sina en Noordoostelijk Australië gevonden wordt.
De driehokkige vrucht der Euphorbiaceën is bij onderscheidene soorten dezer talrijke familie niet' naakt, maar dikwijls met stekels, sterharen of gemakkelijk loslatende kliertjes bezet, hetwelk ook bij de Eottlerasoorten het geval is. De meeste dezer soorten (vooral bij voorbeeld de Roülera Zippelü Hassk.) dragen slechts groenachtige of grijze vlokkig-poederachtige sterharen, soms met kleine wratjes; bij Roülera tindoria echter, maar ook bij dein Oost-Java en op Sumatra (Padang) voorkomende Roülera qffinis Hasskarl, zijnde sterharen klein, weinig talrijk en ontbreken geheel bij de cinnaberroode klieren , die de vrucht digt bedekken , welke vrucht bij de eerstgenoemde soort ter grootte eener kers , bij de tweede hoogstens 0,080 m. groot is. In Indië (b. v. inde Circars) worden, als de vruchten rijp zijn, in Februari) en Maart, de klieren van de R. tindoria afgeborsteld en zonder andere behandeling, onder den naam van Kamala, in den handel gebragt. De kamala is een ligt, niet hard , reeds voor het ongewapend oog niet geheel gelijkvormig poeder, welker hoofdmassa bestaat uit doorzigtige, scharlakenroode korreltjes. De levendig roode kleur dezer korreltjes wordt door meer of minder talrijk bijgemengde geelachtig grijze haren en kleine piantenfragmenten of door stof en zand verflaauwd. Om dezelfde reden is de kamala ook wel iets minder bewegelijk als het Lycopodium. Zij is bijna geheel reuk- en smaakloos, terwijl water er bijna in ’t geheel geen invloed op uitoefent; daarentegen wordt door chloroform, aether en alcohol , alsmede door oplossing van alkaliën een prachtig rood gekleurd hars opgelost. Zwavelzuur en salpeterzuur zijn, koud, zon-
284