zwart door de herhaling der plotselinge afkoeling. Werd daarentegen, nadat de phosphorus gesmolten was, het buisje uit het waterbad genomen en langzaam bekoeld inde lucht, zoo bleef de phosphorus kleurloos. Hetzelfde resultaat had ook plaats, indien men de phosphorus, nadat hij ineen groote buis gesmolten was, plotseling in koud water dompelde , omdat waarschijnlijk de temperatuursverandering der binnenste lagen niet plotseling genoeg had kunnen plaats grijpen.

Al deze feiten bleven onverklaarbaar voor den beroemden scheikundige, die de ontdekking gemaakt had. De meeste schrijvers, die er sedert in hunne geschriften gewag van gemaakt hebben, meenden te kunnen aannemen, dat de zwarte kleur hier het resultaat is van eene soort van werking als bij het harden van staal. De schrijver toont echter aan dat zulks niet zoo is, en dat, mogt het al somtijds gelukken om gesmolten phosphorus door eene plotselinge afkoeling meer of minder donker zwart van kleur te bekomen, ditzelfde resultaat echter veel vollediger en zekerder verkregen wordt, door hem daarentegen aan eene zeer langzame bekoeling te onderwerpen. Nadat hij phosphorus een zeker aantal keeren onder de vermelde voorzorgen gedestilleerd had , verkreeg hij op het laatst inden ontvanger een product, dat nog slechts een flaauwe geelachtige tint behouden had, welke tint hij, opmerkelijk , volkomen verloor, naar gelang het water bekoelde , zoodat na de vastwording van den phosphorus er op den bodem van den ballon eene schoone witte massa ontstond. Zulks was des avonds en bij het verlaten van het laboratorium had het water van het waterbad de temperatuur bekomen der omringende lucht, namelijk ongeveer 15°. Gedurende den nacht moest deze gedaald zijn tot 5 a 6°. Tot ’s schrijvers groote verwondering vond hij den volgenden morgen de witte phosphorus veranderd in eene schoone zwarte kleur. Dit feit nu bleef constant en hij herhaalde het sedert vele malen onder dezelfde omstandigheden.

233