°°k in deze geringere gewigtshoeveelheid zijner voeding'1 bloedvormende voedingsstoffen genieten, welk meerder ü°°dzakelijk is voor den knaap om te groeijen, dat wil zeg, om het gewigt van zijn ligchaam te vermeerderen. •Dit voorbeeld maakt de grondslagen aanschouwelijk, welke ieb i g geleid hebben tot de toebereiding vaneen geschikt v°edsel voor zuigelingen, welke grondslagen bevestigd zijn geworden door opzettelijke proefnemingen bij de voeding van 'Wen, met betrekking tot de voortbrenging van vleesch 611 melk.
I*6 samenstelling der melk is niet constant ; haar gehalte aatl caseïn, melksuiker en boter wisselt met de voedingsmiddelen , waarmede het individu gevoed is geworden. Yol-Bens analysen van Haidlen bevat de melk eener gezonde Vfouw in 100 deelen 8,1 caseïn, 4,3 melksuiker en 3,1 boter; vrouwemelk bevat in ’t algemeen minder caseïn dan koemelk. Neemt men aan , dat 10 deelen boter in het dierlijk ligokaam dezelfde warmtevoortbrengende werking bezitten als 24 deelen stijfsel, en evenzoo 18 deelen melksuiker die 'an 16 deelen stijfsel, zoo kan men met behulp van deze Stallen de voedingswaarde der melk met die van hot meel dei' graansoorten vergelijken, wanneer wij boter en melksuiker in hunne aequivalenten van stijfsel uitdrukken. Op deze wijze vinden wij dat vervat zijn : bloedvormende warmte voortbrengende stof. stof. lQ vrouwemelk 1 3,8 » koemelk, (versche) ..... 13 >• „ (afgeroomde) ... 1 2,5 » tarwemeel 13 Vrouwemelk is armer aan zouten dan koemelk, zij reageert echter sterker alkalisch en bevat meer vrij alkali, ’t welk in verschillende melksoorten poiasch is. Nu is het duidelijk dat wij gemakkelijk een mengsel van melk en meel (een melkbrij) kunnen berekenen, welke Nauwkeurig de verhouding van bloed- en warmtevoortbrea-
141