Onderzoeking van het vruchtvleesch en het zaaddek (Arillus) (Polpa en Pergaminhó) der koffijbessen; door Theodor Peckolt.
Zoo als bekend is, is de koffijvrucht eene langwerpige, rond achtige, tweehokkige bes ter grootte eener kers, met twee zaden, afzonderlijk in ieder vak en geheel en al door een zaaddek, arillus, omgeven. De bessen bezitten in rijpen staat een donkerpürperrood vleesch; in dien toestand worden 2ij van de boomen geplukt en of inde zon of op bijzonder daartoe ingerigte droogovens gedroogd , of dadelijk in verschen staat dooreen bijzonder werktuig en met behulp van water van het vruchtvleesch door wassching van de slijmachtige zelfstandigheid die het zaaddek omhult bevrijd, om alsdan op de meest geschikte en beste wijze gedroogd te worden. Zoowel deze met het zaaddek nog voorziene koffij, als ook de met al de omhulsels gedroogde bessen worden door stampen of door met ijzeren gegroefde platen voorziene werktuigen van die omhulsels bevrijd, waarna zij door middel van den zoogenoemden ventilator gezuiverd worden. Deze omhulsels, bestaande uit het vruchtvleesch, hier (Brazilië) Folpa en het zaaddek, Fergaminho genoemd , werden lang als onnut weggeworpen, doch inden laatsten tijd tot mestspecie aangewend. Deze omhulsels bedragen omtrent 53 procent aan gewigt der koffijboonen, alzoo meer dan de helft die als zonder waarde weggeworpen wordt. Een koiïïjboon van gewone grootte woog 1.780 gram, gedroogd zijnde woog zij 0.584 gram. Het vruchtvleesch 0,658 gram, gedroogd 0,159 gram. Het zaaddek . . 0,282 „ „ 0,150 „ De twee kolfijboonen 0,840 „ „ 0,275 „ 100 gram versch vruchtvleesch der koffijbessen bevatten 24,030 gram drooge zelfstandigheid. Daarin werden de volgende bestanddeelen gevonden ■ Druivensuiker en vruchtsuiker ..... 6,740 grm. Eiwitachtige stoffen * 1,110 „
25