steuning verdient elke stap, die door Collega’s hie te lande in deze richting wordt gezet. Ook op de prijzen en diensvolgens op een gewenscht debiet zal dit van invloed zijn. TWEE NIEUWE ARTSENIJVORMEN VOOR INDISCHE KINABAST, EXTRACTUM CINCHONAE LIQUIDUM EN EXTR. CINCH. solidum; door dr. J. E. de Vrij.*) Terwijl ik mij voorbehoud later, wanneer mijn zeer tijdroovend onderzoek .//over den vorm waarin de alcaloïden inde indische kinabasten voorkomen” geheel voltooid zal zijn, de wetenschappelijke gronden mede te deelen die mij geleid hebben tot het voorstellen der artsenij vormen waarvan thans sprake is, acht ik het wenschelijk thans reeds hunne bereiding mede te deelen. De reden dezer voorloopige .mededeeling is, om ieder Apotheker in staat te stellen ze te bereiden, daar zij reeds door enkele geneeskundigen, zoo hier als elders, met uitstekend gevolg aan hunne patiënten zijn voorgeschreven en ik inde vergadering van de afdeeling ’s Gravenhage van de Ned. Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst op 12 Dec. 11. daarover het woord heb gevoerd. Ik sprak toen //Over de beste wijze om de kina inde geneeskunst aan te wenden” en vestigde onder anderen de aandacht op het schromelijk verlies dat dagelijks plaats heeft, bij het voorschrijven van decocta enz. van kinabast, waarbij een groot gedeelte der werkzame bestanddeelen inden vuilnisbak geworpen, omdat die werkzame bestanddeelen, zoowel door koud als door kokend water, slechts gedeeltelijk worden uitgetrokken, en tevens over de wenschelijkheid vaneen artsenijvorm die in alle Apotheken identisch zou kunnen zijn, hetgeen thans alles behalve het geval is met de decocta. Ik erkende wel dat alcohol al de werkzame bestanddeelen der kina uittrekt en bij gevolg het alcoholisch extract van C. succirubra, zoo als ik reeds voor jaren heb aangetoond, een uitstekend geneesmiddel is, maar dat de keerzijde hiervan is, dat alcohol ook onwerkzame stoffen, met name cinchocerin enz. oplost, ten gevolge waarvan dit extract niet volkomen helder in water oplost en dus moeielijker assimileerbaar is. Na deze korte opmerking ga ik over tot de beschrijving van de bereiding der genoemde artsenij vormen. Daarvoor zijn noodig I°. Stambast van C. succirubra in Indië gecultiveerd, als zeer fijn poeder. 2°. Normaal zoutzuur, dat, zoo als bekend is, 36,5 Grammen HCI per liter bevat en 3°. een goede deplaceerbuis of cilinder naar gelang der hoeveelheid die men bereiden wil. Extractum Cinchonae liq. [de Vrij). De zoogenaamde //liquid extracts (Extracta liquida) zijn een zeer gebruikelijke artsenijvorm, zoowel in Engeland als in Amerika, maar bij ons nog weinig of niet in gebruik. De Tharm. britiannica van 1867 bevat onder anderen het volgende voorschrift ter bereiding van het; Extractum Cinchonae jlavae liquidum. Liquid Extract of Yellow Cinchona. Take of Yellow-Cinchona Bark, in coarse powder 1 pound. Distilled Water. . . . . . . a sufficiency. llectified Spirit 1 fluid ounce. Macerate the cinchona bark, in two pints of the water, for twenty-four hours, stirring frequently; then pack in a percolator, and add more water, until twelve pints have been collected, or until the water ceases to dissolve anything more. Evaporate the liquor at a temperature not exceeding 160° to a pint; then filter through paper, and continue the evaporation to three fluid ounces, or until the specific gravity of the liquids 1.200. When cold, add the spirit gradually, constantly stirring. The specific gravity should be about 1.100. *) Overgenomen uit Haaxman’s Nieuw tijdschrift voor de Pharmacie in Nederland, Januarinommer 1879. •*

Dose 10 to 30 minims. Diensvolgens representeert één deel van dit vloeibaar extract dein koud water oplosbare bestanddeelen van vier deelen Calisaya-kina, terwijl een groot .gedeelte der werkzame bestanddeelen inde kina terugblijven. Ik zal mij thans niet inlaten met eene kritiek van dit voorschrift, maar vermeld alleen dat ik het slechts in de verte gevolgd en er mijn beginsel van uittrekking op toegepast heb, met vervanging van de Amerikaansche Yellow of Calisayabast, die thans doorgaans zeer slecht is, door den voortreffelijken Stambast van C. succirubra in Indië gewonnen. Met opzet heb ik de voorgeschreven bijvoeging van alcohol achterwege gelaten, omdat die het extract eer slechter dan beter maakt. Het kinapoeder wordt met koud water vermengd tot een dunne brij, die gernakkelijk gegoten kan worden in den deplaceertoestel, en hierbij gevoegd eene juist toereikende hoeveelheid normaal zoutzuur. Deze juiste hoeveelheid wordt berekend uit het vooraf bekende alcaloïdgehalte van de gebruikte kina. Yoor elke 3,3 grammen van inde kina aanwezige totaal alcaloïden bezigt men 20 cub. centimeters normaal zoutzuur. Indien men bijv. voor deze bereiding 100 grammen Javakina gebruikt van 7 pGt. alcaloïdgehalte, dan zal men 43,7 cub. centimeters normaal zoutzuur bij de kinabrij moeten voegen, want 3,2: 7 = 20: 43,7. Nadat deze brij minstens 12 uren gestaan heeft, terwijl hij van tijd tot tijd omgeroerd wordt om het schuim te doen verdwijnen, giet men hem inden deplaceertoestel die van onderen met linnen pluksel gesloten is. De eerste afloopende vloeistof is troebel, doch zeer spoedig begint zij helder te loopen en alsdan wordt zij opgevangen. Zoodra de vloeistof helder afgeloopen is, wordt de kina achtereenvolgend met water gedeplaceerd, totdat de afloopende vloeistof door ammonia liq. niet meer troebel wordt. Indien de kinabrij goed bereid is, zoodat inde inden deplaceertoestel aanwezige kinamassa geene zoogenaamde valsche wegen zijn ontstaan, bedraagt de colatuur van één deel kina nooit meer dan tien deelen, en het daarna afloopende vocht wordt door ammonia liq. wel nog gekleurd maar niet troebel. De heldere colatuur wordt nu op waterbad uitgedampt totdat zij juist het gewicht van de gebruikte kina bedraagt, zoodat dus één deel van dit extractum liquidum één deel kina vertegenwoordigt. Het nog warme extract is volmaakt helder, maar scheidt bij bekoeling eenig bezinksel af, dat wordt weggeworpen. Nadat de bovenstaande bekoelde vloeistof volkomen helder geworden is, wordt zij ineen stopflesch gegoten en voor het gebruik bewaard. Ofschoon dit extract een gelijk gewicht kina vertegenwoordigt, heeft dit echter, met het oog op de slechts gedeeltelijke uittrekking der kina door water, minstens de dubbele geneeskracht van de thans voor decoct. enz gebruikte kina en houd ik mij overtuigd, dat bijv. 15 grammen van dit extract met 240 grm. water een kinadrank zullen leveren, die geneeskrachtiger is dan het thans gebruikelijke decoct, bereid uiteen mengsel van Huanuco- en Loxakina. Dat dit extract uitnemend geschikt is om onder verschillende aangename vormen, bijv. vermengd met Spaanschen wijn enz., te worden toegediend, zal wel geen nader betoog behoeven. Extractum Cinc/ionae solidum (de .Vrij). Dit wordt op dezelfde wijze bereid, alleen met dit onderscheid, dat de verkregen colatuur niet wordt uitgedampt tot een gewicht gelijk aan dat van de gebruikte kina, maar tot de consistentie van eene weeke pillenmassa, De heer Nanning, apotheker alhier, verkreeg, volgens de door mij opgegeven bereidingswijze, 42 pet. van dit extract, dat door sommige medici, met bijvoeging van pulv. cort. Aurant., als pillen wordt voorgeschreven. Deze pillen trekken vochtigheid aan en worden dus liefst ineen fleschje afgeleverd. Een Haag, 16 December 1878. Prof. E. A. van der Burg deelt in het Januarinommer van Haaxman's Tijdschrift eene verontreiniging

mede van ehloras kaÜCUS met zuringzout, die hem vóórgekomen is in eene flesch, welke deze zouten deels opgelost, deels onopgelost bevatte. De verontreiniging bedroeg 9 pet. zuringzout. Hoe deze verontreiniging werkelijk plaats heeft gehad, is niet ontdekt, maar wel, dat zij noch in Chloras kalicns inden artsenij voorraad der apothekers te Leiden, noch inden voorraad van een zestal groothandelaars kon opgespoord worden. , Evenwel het feit heeft zich voorgedaan en, dewijl chloras kalicns veelvuldig inwendig wordt gebruikt en zuringzout vergiftige eigenschappen bezit, is het nuttig dat de hoogleeraar de apothekers daarop opmerkzaam maakt. Het onderzoek is zeer eenvoudig, zoo eenvoudig, dat de reactie zelfs inde Tharm. niet vermeld wordt. Nadat een weinig van het zout ineen buisje met water geschud is, onderzoekt men het vocht na eenige minuten met blauw lakmoespapier. Dit moet onveranderd blijven. Wordt het rood, dan blijkt daaruit duidelijk, dat de chloras kalicus, die, zuiver zijnde, eene neutrale reactie vertoont, verontreinigd is en voor geneeskundig gebruik afgekeurd moet worden. Om de aanwezigheid van zuringzout nader te constateeren, bezigt men goudchloride, hetwelk zal gereduceerd worden, verder zilvernitraat, calcium- en baryumzouten, waardoor praecipitaten zullen ontstaan, die dadelijk door salpeterzuur opgelost worden. Om de hoeveelheid van het bijgemengde zuringzout te leeren kennen, voegt men bij de oplossing eener afgewogen hoeveelheid van het zout kalkwater, weegt het verkregen praecipitaat van calciumoxalaat na gloeiing en berekent het op zuringzout. In het Duitsche dorp Holtwikede heeft door verwisseling van uitgegraven rhabarberwortel met aconitumwortel eene vreeselijke gebeurtenis plaats gehad. Een wisselwachter aldaar had een 40 tal zijner kennissen geïnviteerd op eendoor hem bereiden kruidenbrandewijn. Hij zelf nam de eerste teug en kreeg dadelijk hevige buikpijn, hetgeen echter niet verhinderde, dat 7 personen er van dronken. Yan deze zijn drie, waaronder de wisselwachter, binnen zeer korten tijd onder hevige pijnen overleden, voordat geneeskundige hulp kon opdagen. De overigen werden naar het nabijzijnde ziekenhuis vervoerd en zijn na eenige dagen hersteld. De andere gasten, voldoende gewaarschuwd, gebruikten niet van den drank. Bij nader onderzoek bleek, dat de wisselwachter in zijn tuin een rhabarberplaut had, waarvan hij den wortel met brandewijn had willen aftrekken. Dewijl de bodem met sneeuw bedekt was en zich geen loof meer op den grond bevond, had hij de juiste plaats gemist en den wortel vaneen als sierplant daarnaast staande Aconitum Napellus uitgegraven. Het geval is eene, waarschuwing voor het houden dezer plant in tuinen, zooals ook hier te lande wegens de fraaie blauwe bloemen vaak het geval is. Dllboïsilllini wordt thans door de Sclieringsche apotheek te Berlijn voor den prijs van 40 Mark (ƒ 24) per gram of als Solutio Duboïsini (1 op 100) voor den prijs van 5 Mark (ƒ 3,00) per 10 gram afgeleverd. [Weekil. Tijdschr. Geneesk.) De invoer van den kinaboom op Jamaica, in 1865 en 1868 begonnen, schijnt een gunstig resultaat op te leveren. De Superintendent van den Hortus botanicus aldaar, de heer Thomson, schrijft 8 November 1877: //Wij hebben nu ongeveer 3000 H. //kinabast tot verzending.” Dit is eerste oogst der planterijen aldaar, welke dus 9 jaren oud zijn. Cinchona swccirwbra groeit het snelst; ook de C. calisaya gaat goed vooruit, doch de C. officinalis neemt den struikvorm aan en zal wel door andere soorten vervangen moeten worden. De heer Thomson merkt verder op; nHet is voldoende gebleken, dat eenige Cinchonasoorten zeer goed voor de kweeking op Jamaica geschikt zijn. De on-