15“ Jaargang. 27 October 1878. N’. 26.
PHARMAGEDTISGH WEEKBLAD
VOOS ZtsTIBIDIBIBXj-A.lDsriD.
Yoor Apothekers en Apotheekhoudende Geneeskundigen.
Redacteur: R. J. OPWIJRDA, te Nijmegen.
Prijs per Jaargang, franco per post, ƒ 5,20. Advertentiën; van I—s regels / 1,—, elke regel meer 20 Cts. en 10 Cts. voor een N°. van bet blad. Een Abonncmenis-tarief is op aanvrage verkrijgbaar. Mededeelingcn. Ingezonden stukken. Bij onze weinige ingenomenheid met de zoogenaamde //artsenwet” verraste het ons tegenover ons vermoeden, alsof de algemeenheid van stemmen, waarmede het ontwerp inde Tweede Kamer aangenomen was, voldoend uitzicht gaf op goedkeuring der Eerste —in het verslag van de Zitting der Eerste Kamer van Yrijdag 18 October te lezen; vdat alle aanhangige wetsontwerpen behalve dat tot regeling van de voorwaarden tot verkrijging der bevoegdheden als arts, apotheker, enz. afgedaan waren, en dat op voorstel van den Voorzitter, in overeenstemming met decentrale sectie, besloten werd de bedoelde wetsvoordracht in deze zitting niet te behandelen, maar tot eene volgende bijeenkomst te laten liggen/1 De Eerste Kamer blijkt dus achtte willen slaan op de bezwaren, die van verschillende kanten tegen dit outwerj) aangeveerd zijn en het nog eens a tête reposée te overwegen. Wij meenen, dat dit besluit groote erkenning verdient. Het gaat toch maar niet aan dergelijke, voor het belang der maatschappij en de betrokken personen gewichtige wijzigingen, met een haast te behandelen, zooals dit in onze Tweede Kamer geschied is, waarbij tegenover een tal deskundigen daarbuiten, slechts 2 deskundigen inde Kamer konden optreden. Uit het verslag van de Commissie der Rapporteurs van de Eerste Kamer blijkt, dat het ontwerp aldaar ernstige tegenstanders vindt. Wij zouden het nuttig achten, indien de Eerste Kamer hare goedkeuring aan het ontwerp onthield, opdat de Kegeering inde gelegenheid gesteld worde, in een nieuw aan te bieden ontwerp die wijzigingen aan te brengen, welke ook voor eene uitoefening der artsenij-bereidkunst, zooals zij voor de maatschappij en de betrokken personen gewenscht is, voldoende waarborgen geven. Wij hebben voor ons liggen de Verordening betreffende het toezicht over den verkoop van voedingsmiddelen voor Amsterdam, vastgesteld bij Eaadsbesluit van 3 en 4 September j. 1. Als voedingsmiddel wordt beschouwd al hetgeen strekken kan om door menschen gegeten of gedronken te worden. Strafbaar wordt echter alleen gesteld de verkoop van voedingsmiddelen in ondeugdelijken toestand, of die vermengd zijn net voor de gezondheid schadelijke zelfstandigheden. Drie inspecteurs (één natuurkundige, een scheikundige on één veearts) worden met het toezicht over de keuring en, voor zoover noodig, met het
UITGEVER: D. B. CENT EN, AMSTERDAM. wetenschappelijk onderzoek van voedingsmiddelen belast, welk onderzoek onderworpen is aan de controle en, ingeval van twijfel, aan de beslissing vaneen der Hoogleeraren inde scheikunde of inde gezondheidsleer aan de Universiteit, onder wiens leiding de hulpmiddelen van zijn laboratorium voor die onderzoekingen gebruikt kunnen worden. Verder zullen er 3 keurmeesters zijn van vee, .vleesch en gevogelte, 2 keurmeesters van visch, week- en schaaldieren, en ten minste 5 keurmeesters van alle overige voedingsmiddelen. De onderzoekingen en keuringen geschieden door inspecteurs en keurmeesters, hetzij uit eigen beweging of op last van B. en W., van de Gezondheids-commissie, van den Burgemeester, van den Hoofdcommissaris belast met de Gemeentepolitie, of van de Justitie *), Zij zijn bevoegd voor de keuring van voedingsmiddelen, de woningen, winkels en bewaarplaatsen van hen, die voedingsmiddelen verkoopen of te verkoop hebben, met inachtneming der wettelijke bepalingen, zelfs tusschen zonsonder- en opgang binnen te treden. Zij koopen zoo noodig de goederen aan of nemen het voorwerp van de overtreding in beslag en maken daarvan proces-verbaal op, waarin des verlangd de koopwaarde vermeld wordt, ten einde bij niet-vervolging, vrijspraak, of ontslag van rechtsvervolging deze worden vergoed. Inspecteurs en keur. meesters worden door B. en W. benoemd en, zoo noodig, geschorst of ontslagen. De inspecteurs genieten eene jaarwedde elk van ƒ 1500 tot 1800, de keurmeesters elk van ƒ 1000, behalve de keurmeesters van visch, week- en schaaldieren die elk ƒ 600 genieten; aan den scheikundigen inspecteur wordt een adsistent toegevoegd op eene jaarwedde van ƒ 300. Bij het gemis aan vooruitzicht althans vooreerst op eene Eijkswet tot bestrijding der vervalsching van levensmiddelen, verdient eene verordening als bovenstaande inde grootste stad des lands zeker groote belangstelling. Onzes inziens echter zal de verordening veel van hare beteekenis missen, nu men alleen vermenging met voor de gezondheid schadelijke stoffen tot onderwerp van onderzoek en strafbaar stelt, en dan moet nog de schadelijkheid door B. en W., de Gezondheidscommissie gehoord, openlijk verklaard worden. Eene vermenging met onschadelijke stoffen, maar waardoor de voedingswaarde vermindert, bijv. van melk met water, blijft daardoor buiten het bereik der verordening, zoo ook de verkoop van zelfstandigheden onder namen, waar*) Wij meenden, dat wanneer de Justitie een onderzoek door deskundigen verlangt, zij ziek deze niet laat aan wijzen maar ze zelve benoemt.
De stukken, welke men wenscht opgenomen te zien, worden uiter 1 ij k Woensdag-morgen verwacht hij den Redacteur. De Advertentiën ui ter lijk Yrijdag-avond bij den Uitgever. door het publiek misleid wordt. Dergelijke vermenging komt vrij wat menigvuldige! voor dan die met direct schadelijke stoffen, welke werkelijk tot de zeldzaamheden behoort. VORMING VAN BERLIJNSCH BLAUW BIJ DE ZUIVERING VAN LICHTGAS DOOR IJZEROXYDE. Hier ter stede wordt het lichtgas van zwavelwaterstof volledig bevrijd door het te leiden door eene ferridoxyde bevattende aarde. Het ferridoxyde wordt door de zwavelwaterstof onder afscheiding van zwavel gereduceerd tot ferro- oxyde (Fes Os +Hs S = 2 Fe O -J-Hs O + S). Dit ferro-oxyde wordt aan de lucht blootgesteld en gaat daarbij weder over in ferridoxyde, zoodat hetzelfde materiaal voortdurend kan aangewend worden. Eindelijk echter komt er een tijd, waarin die overgang niet meer plaats heeft en het zuiverings-materiaal onbruikbaar wordt voor het doel. Ik onderzocht de onbruikbaar geworden stof, om de oorzaak van het ophouden van het oxydatieproces op te sporen. De korrelige massa had een blauwgroen voorkomen. Bij koude aftrekking met water werd een geel, zeer zuur filtraat verkregen, hetwelk geen ijzer maar zwavelzuur bleek te bevatten; bij koking met water was het filtraat geelgroen. Bij koking der massa met chloorwaterstofzuur werd een bruin vocht verkregen, eene oplossing van ferridchloride. De hoeveelheid opgelost ijzer als Fe berekend bleek 12,2 °/0 te zijn. Het onopgelost geblevene was groenblauw; bij behandeling met Na O H werd het bruin, de afgefiltreerde vloeistof was geel en gaf, na met HCI zuur gemaakt te zijn, met Fe2 Cis eene blauwgroene kleur en na eenig staan een blauw bezinksel. In zuringzuur-oplossing loste een deel der massa met eene fraai blauwe kleur op. Ik begreep dus met Berlijnsch blauw te doen te hebben en stelde mij de vorming daarvan op de volgende wijze voor. Bij de droge destillatie van steenkolen ontstaat onder anderen cyaanammonium, hetwelk inden zuiveringsbak met de aldaar aanwezige ijzerverbindingen eerst ferrocyaanammonium, verder inde zuur geworden massa ferro-ferridcyanide of Berlijnsch blauw vormt. De hoeveelheid hiervan wordt langzamerhand zoodanig vermeerderd, dat het grootste deel van het ijzer in die verbinding is overgegaan, welke dus noch de zuivering inden bak bewerkt, noch inde lucht tot het benoodigde ferridoxyde overgaat. De zuivering van lichtgas door middel van ferridoxyde zal dus niet alleen dienen tot bevrijding van II» S, maar tevens tot binding van cyaanammonium, zoodat men daardoor een tweëerlei nuttig doel bereikt.