Uitgedampt en het overschot zoo lang op een waterbad verhit tot dat het niet meer in gewigt verliest, waarna zijn gewigt bepaald wordt. Dit overschot is kinine, bevattende geringe sporen van cinchonidine, kinidine of cinehonine en Ui vele gevallen , vooral bij jeugdige basten, eene betrekkelijk groote hoeveelheid van het nog onbekende smeltbare alcaloid. h*oor de bekende reactiën van chlorium en ammonia en door he bereiding van herapathit kan de ware aard van dit overschot gemakkelijk worden bepaald. De alcaloïden, welke ü°or den gebruikten aether niet zijn opgelost, worden op Hieuw opgelost inde kleinst mogelyke hoeveelheid verdund usijnzuur en deze oplossing met eenige druppels eener geconcentreerde oplossing van jodpotassium vermengd. Ingeval de oplossing kinidine bevat, zal er een zanderig kristallijn praecipitaat verschijnen, zoodra de wanden van het glas Uiet eene glazen staaf gewreven worden. In zoodanig geval 'v°rdt de afgescheiden hydriodas chinidinieus op een filtrum Gezameld, bij 100° gedroogd en gewogen, terwijl de hoe-Veelheid zuivere kinidine uit het gevonden gewigt van den hydriodas door berekening kan gevonden worden; 100 deeleU bij 100° gedroogde hydriodas chinidinieus zijn aequivalent >HJ. De van den hydriodas dooreen filtrum afgescheiden. vloeistof wordt door caustieke soda gepraecipiteerd en het praecipitaat in rekening gebragt als cinehonine of als een mengsel van cinehonine en cinchonidine, hetgeen afhangt van speciale waarnemingen. Ingeval de oplossing van Jedpotassium geen praecipitaat doet ontstaan, dan praecipiteert men de oplossing met caustieke soda en beschouwt het Praecipitaat als cinehonine of als een mengel van cinehonine eU cinchonidine. De aanwezigheid van cinchonidine of kinidine inde alcak°iden vaneen kinabast kan gemakkelijk vermoed worden “S de behandeling met aether; want indien een dezer alca°l(ien aanwezig is wordt het na eenigen tijd altijd aan de panden van den scheitrechter in kristallen afgescheiden. erwijl zelfs kleine hoeveelheden kinidine door jodpotassium.

295