Over de bepaling der hoeveelheid alcaloïden in kinabasten; door dr. J, E. de Vrij.

Ofschoon er verschillende methoden bestaan ter bepaling van de alcaloïden inde kinabasten , zoo was ik door mijne betrekking tot de kinakultuur in Java genoodzaakt er eene te zoeken, die niet alleen vergelijkbare resultaten leverde, maar inzonderheid eene die de verschillende alcaloïden kon leveren zoo als zij zich inden bast bevinden , zonder dat men met eenigen grond de bedenking zou hunnen opperen dat een of meerder verkregen alcaloïden het produht waren van de werking der voor de uittrekking gebezigde agentia. De aanleiding tot de genoemde noodzakelijkheid was de volgende zinsnede, voorkomende in een officiéél rapport: „Geen mensch althans heeft nog chinidine (beta-chinine) op eene wijze uit kina afgezonderd, waarbij niet omzetting mogelijk geweest is van kinine tot kinidine.” Daar in hetzelfde rapport ook voorkomt : „dat niemand zeker kan zijn bij kina behandeling enkel onveranderde bases bekomen te hebben, tenzij hij alle zuren en eene hoogere temperatuur vermijde en het voorschrift volge door Delondre en Bouchardat gegeven, om kina met alcohol en kalk uitte trekken enz.” zoo begreep ik alle dergelijke, ofschoon mijns inziens geheel'Ongegronde! aanmerkingen te zullen voorkomen, bijaldien ik de door mij' nen vriend A. Delondre (1) voor de bereiding van zijn zoogenaamd quinium gebezigde methode voor mijn doel wij' zigde. De door mij bij het onderzoek vaneen groot aantal kinabasten verkregen resultaten bewezen, dat ik eene goed® keuze gedaan had , weshalve de mededeeling der sedert Oc* tober 1862 door mij gevolgde methode van quantitatief on' derzoek der kinabasten niet geheel onbelangrijk zal worden geacht. Deze methode, welke door mij behalve op Javaan' sche kinabasten ook op de door mij te Ootacamund verza' melde kinabasten is toegepast, is de volgende: Het poeder van den bast wordt op een waterbad gedroogd (1) Delondre et Bouchardat, Quinologie, page 44,

292