Al de monsters barnsteen die de schrijver heeft kunnen onderzoeken leverden hem deze onverwachte reactie ten dui-
delijkste op. Hij heeft de hoeveelheid er van inden barnsteen bepaald door middel van hydras kalicus en nitras kalicus , waardoor de zwavel geoxydeerd en in snlphas baryticus kon borden veranderd. Hij verkreeg 0.07 grm. snlphas baryticus °P 3 gram doorschijnenden barnsteen, hetgeen overeenkomt met 0-4805 pC, in gele amber, Pit bedrag is echter het maximum dat de schrijver verkreeg van al de analysen, die hij met onderscheidene monters barnsteen ondernam. Een monster doffe en witte barnsteen, welke gehouden wordt voor het meeste barnsteen-Zuur te bevatten , gaf slechts 0.036 sulphas baryticus op 2 §ram , hetwelk alzoo slechts de helft is van de vorige soort. Het is de vraag in welken staat deze zwavel inde barn-Heen bestaat? Of zij inde vlugge olie, of inde 2 oplosbare harsen of inde onoplosbare bitumen vervat, is. Zulks Zulleu latere proefnemingen zeker wel bepalen, indien daaromtrent nieuwe onderzoekingen noodig geacht worden. De schrijver heeft opgemerkt, dat het gedeelte der gele aiuber dat in aether oplosbaar is , bij de destillatie zwavelwaterstof oplevert. Hetgeen waarschijnlijk , om niet te zeg§en zeker is , is , dat de zwavel des barnsteens er in ver'nding met eene organische stof in is; zij ontwikkelt er hydrosulphuricum uit, zoo als het oxygenium er water uit ontwikkelt. Bij de temperatuur waarop de pusteen begint ontleed te worden , verzamelde hij bij de estillatie uit eene kleine retort met eene glazen buis voor-2'en > gas acidum hydrosulphuricum, acidum earbonicum, tyduni earbonicum en hydrogenium carbonatum. Dij den bijzonderen vorm waaronder de zwavel wordt ontsteld moet men dus het denkbeeld dat men aanvankelijk J°u koesteren, dat hare aanwezigheid moet toegeschreven 'v°i'den aan den invloed der lagen waarin de barnsteen 6vonden wordt, laten varen. Men heeft de barnsteen dan ook dikwijls inde gyps , egeberg-liolsteiu) in zekere zwavelmijnen van Sicilië, in
239