sprong, onder de mineralen gerekend, en fan daar zijn er verschillende meeningen omtrent haren aard en oorsprong ontstaan, Tot nog toe zijn echter geene voldoende aanwijzingen kunnen opgespoord worden, om te bepalen van welke plant zij afkomstig is. Noch de organische overblijfselen die zij gpmtijds bevat (bloemen , insekten), noch hare scheikundige zamenstelling, heeft ons omtrent dit punt inlichting bunnen geven. Hare bijzondere harsaehtige natuur schijnt ze, volgens Guib ou r t te doen naderen tot die zelfstandigheden , welke door sommige Eymeneae, of door (de Pi»us Dammara worden opgeteverd. Maar er is echter nog een zeer groot verschil tusschen de produkten dezer gewassen en de barnsteen. Het is zelfs niet zeker, dat men al de monsters barnsteen aan eenen zelfden oorsprong kan toeschrijven, want zij vertoont vele variatien in haar uiterlijk, inde hoeveelheid produkten die men er uit verkrijgen kan., alsmede in hare ligging als delfstof. Er zijn dan ook sommige geleerden , die verin een en , dat er verschillende barnsteen voortbrengende boomen moeten geweest zijn. Wat hiervan zijn moge, zoo schijnt hare zamenstelling, wat hare naaste bestanddeelen betreft, standvastig te zijn, zij verschilt slechts inde hoeveelheden onderling. Volgens Re el UK zou de doffe en witte barnsteen meer barnsteenzuur bevatten, dan de gele amber, welke volkomen helder is. Hare elementaire zamenstelling is volgens de analyse van Drapier carbonium, hydrogenium en oxygenium en een weinig asch, bestaande uit kalk , aluin en silica in vond. Er bestaat echter nog een ander enkelvoudig ligehaatn 'D de barnsteen, waarvan men tot nog toe de aanwezigheid niet heeft vermoedt , en welks ontdekking mogelijk niet van belang ontbloot is , namelijk de zwavel. Wanneer men eenige stukken barnsteen in eene glazen» buis verhit en men een papier met eene oplossing van acetaS plumbicus gedrenkt inde witte dampen houdt, zoo wordt dit oogenblikkelijk zwart gekleurd , ’t welk duidelijk de aanwezigheid van eene zwavelyerbinding aantoont.
238