UITTREKSELS UIT BINNEN- EN BÜITENLANDSCHE TIJDSCHRIFTEN.
Chemie, pliarniacie, pharniacognosie. Bijdrage tot de geschiedenis der rhabarber; door Dr. Ernst Hallier te Jena. (Vervolg van pag. 116.) Ten opzigte der reeds dikwijls geleverde karakteristiek der Verschillende handelssoorten moge dit weinige volstaan. Russische Rhabarber. De stukken zijn, zoo als vroeger vergeld werd, van zeer verschillenden vorm, doch de grootere steeds doorgekliefd of in vieren gedeeld; zij zijn circa 2—3 'luim lang, I—3 duim breed en I—2 duim dik. Slechts de zeer kleine stukken zijn geheel zonder boorgaten, de grootere hebben er een of twee. Deze boorgaten zijn meestal veel grooter dan bij de Chinesche waar, circa 3 tot 10 lijnen in doorsnede, zacht bij gerond (1); zij gaan niet altijd door en hoor, maar vormen dikwijls slechts eene diepe groef. Het Uitwendig aanzien van goede Eussische waar heeft iets verschs °f nieuws, zij schijnt als geel bestoven door het tegen elkander wrijven der tamelijk harde stukken; deze zijn volkomen zuiver, zonder eeuig spoor der zwartbruine buitenbast; leestal is echter ook de binnenbast, die op het binnenste feUlijkt, volkomen verwijderd. Het mazennet bespeurt men hij regelmatige stukken reeds in het binnenste gedeelte der 'Qnenbast, vooral m de vroeger vermelde straalkrans, doch u°t duidelijkste in het binnenste. *1) Zij zijn steeds zorgvuldig nagesneden, niet ruw, zoo als zoo ‘kvvijlg bij Chinesche rhabarber. Be. 8. 6e J. g