daar te stellen. De wortel wordt in groote schijven ter dikte vaneen halve duim door stoom uitgekookt. Het geelachtig gekleurde, flaauw smakende, maar sterk naar sellery riekend dococt werd, na volbragte afkoeling, op den dialysa-

tor gebragt. Hiertoe bedient zich de schrijver van eene glazen klok, die 20 centimeters in diameter en 8 centimeters hoog is, en waarin van boven een gat is, om de vloeistof, nadat de opening der klok met vochtig perkementpapier gesloten is geworden , dooreen trechter kan ingegoten worden; deze klok wordt op eene porseleinen schaal geplaatst, die zoo ver met gedestilleerd water aangevuld is, dat het niveau daarin , nadat de klok in dit water is geplaatst, met het niveau der vloeistof van buiten gelijk staat. Het dococt wordt nu gedurende 48 uren met het water in aanraking gelaten, en na afgieting daarvan met eene even groote hoeveelheid water herhaaldelijk gedurende 48 uren gedialyseerd. Beide de vloeistoffen worden afzonderlijk tot siroopdikte verdampt en daarna in rust gelaten ; de eerst bekomen vloeistof leverde eene zuiver zoet smakende, geelachtig gekleurde siroop , welke na verloop van 24 uren in eene stralig knstallyne massa van bijna volkomen zuiver mannit overging, die bijna zonder overschot in alcohol van 75°C oploste; de tweede vloeistof leverde eene grootere hoeveelheid extract, die echter eerst na verloop van eenige dagen kristalvormig vast werd en minder zoet smaakte; bij de behandeling met spiritus vini bleef eene taaije, lichtbruin gekleurde massa terug, welke zelfs in kokenden alcohol volkomen onoplosbaar scheen te zijn; zij bezat een flaauwen smaak , gaf bij verhitting in eene glazen buis een reuk naar verbrande suiker en liet eene buitengemeen groote hoeveelheid sneeuwwitte , bijna uitsluitend uit carbonas kalicus bestaande aseh terug, terwijl te gelijkertijd tegen het einde der verhitting niet onbeduidende hoeveelheden ammoniakdampen ontwikkeld werden. De afgezonderde niet in alcohol oplosbare massa bestaat derhalve hoofdzakelijk uit plantenzure potaschzouten (citras of malas kalicus?), met sporen van eene

14