etl de ontleding hiervan vereischt, om tegen den overvloed Vatl azijnzuur op te wegen, noodwendig eene grootere hoe-Veelheid acidum tannicuin. De hoeveelheid acidum tanni-611111 die gevorderd wordt, is dan ook des te grooter, hoe !'leer men aan het einde der bewerking nadert. 68m e d t raadt daarom aan, om het looizuur met :i;"rn°nia te verbinden, door zeer verdunde ammonia door 6eQe oplossing van acidum tannicum te verzadigen en deze °plossing zoo veel mogelijk onzijdig of met een geringe |'Vervloed van looizuur met de oplossing van acetas chinieus vermengen, zoolang nog een praecipitaat bekomen wordt, t verzameld , afgewasscheu en gedroogd wordt.
(<Journal de Pharmacie d'Amers Mai 1863. pag. 198.) Over de absorbtie van gassen door kool; door Dr. Angus Smith. deze mededeeling , welke later zal vervolgd worden , ""orden de resultaten vermeld, welke betrekking hebben tot , waterstof, stikstof en koolzuur. Het merkwaar. feit, dat kool de zuurstof absorbeert, terwijl zij niet 11 Werkt op de stikstof der dampkringslucht, schijnt tot toe over het hoofd te zijn gezien, ofschoon het bekend > dat de zuurstof gemakkelijker geabsorbeerd wordt dan e stikstof, of zoo als, in het Handwörterburch der Chemie yll biebig en Pog gen do rif staat „Parrot, G-rindel, °Bel en Saossure hebben aangetoond, dat kool welke 3,1 den invloed van de dampkringslucht is blootgesteld ge-6st meer zuurstof absorbeert dan stikstof, zoo dat bij eene ere verhouding van lucht tot de kool alleen stikstof overig lift.” j)e schrijver heeft gezegd, dat er gedurende een ze(jf''reil tijd geen stikstof geabsorbeerd, maar alleen zuurstof door 6 kool uit de lucht opgenomen wordt en dat eene der®6kjke scheiding van gassen begint, wanneer zuurstof en t. erstof aan de inwerking der kool worden blootgesteld, kan echter slechts binnen zekere grenzen plaats vin-3e 8. 5e J. 14
209