2°ekt de schrijver daardoor te verklaren, dat zij de levenskracht van het deel vernietigen en het tot een eenvoudig Weefsel maken, dat door endosmose absorbeert wat aan het 2elve wordt aangeboden. Eveneens zullen vergiften vaneen *eker vermogen in het algemeen werken , zoo als bijvoorbeeld ®aUssure waarnam, dat kopervitriool in grootere hoeveelheid °Pgenomen wordt dan eenige andere oplosbare zelfstandigk®id. Bij meer verdunde oplossingen schijnt de werking

ec‘bter onzekerder te zijn , daar de daarover in het werk gestelde waarnemingen elkander wedersproken. Zoo wil ■j' Da v y gevonden hebben , dat erwten zonder nadeel meer aü eene week lang met eene verzadigde oplossing van aciarsenieosum kunnen begoten worden, ofschoon inde alzoo handelde planten het arsenik gemakkelijk kon worden aan-B®toond, en Horsley bevestigt zulks niet alleen voor deze, •öaar ook voor andere planten, waarmede hij proeven genoheeft, terwijl het a»n den anderen kant Jager, Hum°ldt, Link en onlangs Ogsden niet gelukken mogt, PWten bij begieting met arsenikhoudeud water te laten Sr°eijeu en zij in geen geval arsenicum inde bladen of hooj’er inden stengel dan 5 duim van den bodem af gevonden eboen. De schrijver had reeds in 1837 planten met zeer oplossing van acidum arsenieosum bevochtigd, zonr daarna een spoor van arsenicum daarin gevonden te “ben; doch daar hem deze proef niet naauwkeurig genoeg Scheen, herhaalde hij die op eene andere wijze. Toen 6et> veld van 100 vierkante voeten met jonge gerst begroeid, eene oplossing van 2 oneen arsenigzuur in 10 gallons begoten werd, was de gerst na verloop van zes aSen gestorven. Er werd alzoo een ander stuk veld van ®ebjke grootte met eene oplossing van de halve sterkte be®°ten; na dat dit tweemalen gedaan was, scheen de gerst te lijden , doch zij kwam toch tot volkomen rijp’ ofschoon zij nog driemalen, in het geheel alzoo met °Qeen arsenik begoten was. Zij werd 14 dagen vroeger over'*=e Serst en i®fa minder opbrengst, nalik 10i/3 pond stroo en 3% pond korrel, terwijl deze

131