12e Jaargang. 28 November 1875. I°. 31.

PHARMACEUTISCH WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Voor Apothekers en Apotheekhoudende Geneeskundigen.

REDACTEUR: K• •!• OPÏFIJBDA, te Nijmegen.

UITGEVER: ». IS. C K\TK\, te Amsterdam.

Prijs per Jaargang, franco per post, f 4,50. Advertentiën: van I—s regels ƒ I,—, elk regel meer 20 Cts. en 10 Ctsvoor een N°. van het blad. Een Abonnements-tarief is op aanvrage verkrijgbaar.

Mcdedeelingen. Ingezonden stukken. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft ter kennis gebracht van belanghebbenden, dat de commissie, belast met het afnemen van het examen van apotheker, volgens art. 9 der wet van 1 Juni 1865 (Staatsblad N°. 59), zal zitting houden op Maandag 6 December e. k. en volgende dagen te Groningen. ALGEMEEN ZIEKENFONDS VOOR AMSTERDAM. I. Ziekenfondsen of zoogenaamde ziekerrbussen zijn ondernemingen, die op vele plaatsen het bestaan en de waarde van den stand des apothekers ernstig bedreigen. Hoe nuttig ook in oorsprong, hebben zij maar al te vaak de goede richting verlaten. Personen zijn er in opgenomen, wier maatschappelijke toestand te gunstig is, dan dat zij behoeven te trachten zich op goedkoope wijze geneeskundige hulp en geneesmiddelen te verschaffen, en die dan ook aan den anderen kant toonen geen geld te ontzien, waar het vermaak of weelde geldt. Zoowel de geneeskundige als de apotheker ondervindt hiervan de treurige gevolgen door verlies aan burgerlijke cliëntele. Bovendien staat de betaling der geneesmiddelen in geene verhouding tot hetgeen den apotheker voor zijne vele zorgen en moeiten toekomt. Het buswezen heeft zijn toppunt van verkeerdheid bereikt, waar de geneesmiddelen niet naar hun aard en naar de mate van hun verbruik worden betaald, maar waar de apotheker aanneemt voor eene zekere som per lid en per jaarde noodige geneesmiddelen te leveren. Hier staat de arbeid in eene omgekeerde verhouding tot de verdienste,, hoe minder recepten, des temeer verdienste, hoe meer recepten, des te minder verdienste, ja zelfs ernstige bedreiging van schade, en al verder groote verzoeking voor de eerlijkheid van den apotheker. Inde stad mijner inwoning, Nijmegen, bestaat, helaas, die toestand nog in zijne geheele verkeerdheid. Velen, de meesten mijner collega’s zijn weliswaar reeds weigerachtig om bussen te bedienen, maar er worden er nog altijd gevonden, die hunne kunst daaraan leenen. Voor eenige jaren hoopte ik op verbetering, toen de collega’s, op één na, zich verbonden niet toe te treden tot den voorslag hun door de Directie eener ziekenbus gedaan, maar dewijl die ééne collega meende zich niet met ons te kunnen vereenigen, werd de verbetering voor een tal jaren verschoven. Verschoven, zeg ik, want, me dunkt, het kan niet anders, of bij de nieuwere richting inde pharmacie moeten al de apothekers eindelijk beseffen, dat de bestaande toestand te veel tegen hun belang indruischt, om te verlangen, dat hij blijft voortduren. Het buswezen is te zeer in ons volksleven doorgedrongen, en zijne goede zijde mag ook geenszins worden voorbijgezien, dan dat het daarbij de bedoeling kan zijn te trachten het te vernietigen. Maar het moet gelouterd, van zijne fouten gezuiverd en tot zijne oorspronkelijke strekking teruggebracht worden. Nijmegen zal ongetwijfeld de eenige plaats niet zijn, alwaar de pharmacie in dit opzicht verbetering noodig heeft. Gelukkig

De stukken, welke men wcnscht opgenomen te zien, worden uiterlijk Woensdag morgen verwacht bij den Redacteur. De Advertentiën uit er lijk Vrijdag avond bij den Uitgever.

kunnen wij op een goed voorbeeld wijzen, op eene inrichting, die in bijna alle opzichten lof en navolging verdient, het Algemeen Ziekenfonds voor Amsterdam. Ineen volgend nommer wenschen wij dit belangrijk en uitgebreid fonds in nadere trekken te omschrijven. Wij meenden velen onzer lezers geen ondienst te doen met het overnemen van de eerste 2 artikelen der Wet van 3 Juni 1875 (Staatsblad n°. 95) tot regeling van het toezicht hij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken, in het Weekblad, dewijl er inde in art. 2 bedoelde inrichtingen voorkomen, die in meerdere of mindere mate met de pharmacie in verband staan. *) Bedoelde wet bestaat uit 82 artikelen. De laatste 30 behelzen nadere omschrijvingen en voorwaarden betreffende de te verkenen vergunning. Art. 1. Het is verboden inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken, op te richten zonder vergunning, welke behoudens de bij deze wet gemaakte uitzonderingen, door het gemeentebestuur wordt gegeven. Art. 2. Dein art. 1 bedoelde inrichtingen zijn: I. die, bij welke stoom, gassen of dampen van hooge spanning worden gebezigd ; met name de inrichtingen, gedreven door stoom- en gaskraoht-werktuigen en door werktuigen met vloeibaar koolzuur; die tot voortbrenging van ijs of koude door ammoniak, aether of samengeperste lucht, en die tot vervaardiging van koolzuurhoudende wateren. Hiervan zijn uitgezonderd; a. de stoomwerktuigen in vaartuigen, de locomotieven, de zoogenaamde locomobilen tot tijdelijk gebruik bij de uitvoering van bouwwerken en bij den landbouw, de stoomkranen, stoombrandspuiten en dergelijke vervoerbare stoomwerktuigen; h. die inrichtingen, bij welke de spanning, door stoom, gassen of dampen teweeggebracht, in verband met den inhoud van het daartoe gebezigd werktuig, eene grens niet overschrijdt, door Ons bij maatregel van inwendig bestuur aan te geven. 11. die, bestemd tot vervaardiging, en verwerking en bewaring van buskruit en andere ontplofbare stoffen (fulminaten, pioraten, chloraten en de zoogenaamde nitroverbindingen, met name schietkatoen, pyroxiline, nitroglycerine, dynamiet en dualine). Hiertoe behooren de fabrieken en bewaarplaatsen van vuurwerken. 111. die, bestemd tot vervaardiging van chemicaliën, met name die tot bereiding van koolzure, dubbel-koolzure en zwavelzure soda, soda-hydraat; zwavel-, zout-, salpeter-, *) We werden hiertoe temeer opgewekt, doordien ineen buitenlandsch pharmaceutisch blad, de Bunzlauer Pharmaceutische Zeitung, de inhoud vgn art. 2 zoo belangrijk geacht werd, dat het dezen in zijn geheel medeöfeelde.