Hij heeft erkend, dat de methode van Dus sar d wel verleidelijk was door hare gevoeligheid en gemakkelijkheid van uitvoering, maar bewees tegelijkertijd dat hare eenvoudigheid meer schijnbaar dan wezenlijk was, en men gemakkelijk in dwaling kon geraken, wanneer men zich, bij het gebruik maken van deze methode niet door de minutieuste voorzorgen omringd, welke het onderzoek alleen kon aangeven. De gevoeligheid zelve van de methode is volgens B1 ond 1 o t een gevaar, door de verspreiding van de phosphorus inde industrie; daarenboven, daar de aantooning van den phosphorus alleenlijk berust op een verschijnsel van kleuring, dat door onvoorziene omstandigheden kan gewijzigd worden, zoo is het noodig den invloed die deze omstandigheden daarop uitoefenen kunnen te bestuderen, ten einde dezen te vermijden. Men kan zich geen denkbeeld vormen van de wijzigingen welke de schijnbaar geringste en meest onwaarschijnlijkste oorzaken dikwijls aan deze kleuring der vlam kunnen aanbrengen. Zoo geloofde men tot nog toe, dat de gele kleur van de waterstofvlam, die men inden toestel van Marsh verkrijgt, afkomstig was van de onzuiverheid van dit gas. Blondlot heeft zich overtuigd, dat dit niet zoo is, en men deze alleenlijk moet toeschrijven aan de soda, welke inde glazen buis vervat is aan welks uiteinde het gas brandt. Het is voldoende aan deze buis een platina dopje van eene gewone chalumeau te brengen, om de gele kleur der vlam oogenblikkelijk te zien verdwijnen. Indien de soda, welke vervat is in het uiteinde van eene glazenhuis, genoeg invloed uitoefent, om gedurende een langen tijd de vlam van zuiver waterstof te kleuren, zoo begrijpt men hoe de uiterst geringe hoeveelheid phosphorus, welke het uiteinde van eenen lucifer bevat, aan dezelfde vlam een smaragd groeno weerschijn, zelfs gedurende een uur, kan mededeelen. Wij bevinden ons hier alzoo geheel en al op het gebied der onweegbare stolfen, en de proeven van Blondlot en Dussard evenaren aan gevoeligheid alzoo dievanßunsen en Kirchhoff, die door middel van het zonnespec-
333