doel. Op 10 oneen water wordt gewoonlijk 1 drachma bicarbonas natricus genomen en naar dat men het alcali of het zuur de overhand wil laten behouden, voegt men van een van beiden een weinig meer toe.
• . De zamenmenging geschiedt op die wijze, dat men de flesch met het koude bronwater , den wijn enz., zoo aanvult, dat er ongeveer het léde of 15de gedeelte van ledig blijft. Men brengt nu de bicarbonas natricus (met de andere zouten) inde flesch zonder om te schudden. Nadat zich het zout op den bodem heeft nedergezet voegt men ineens het in kristalstukjes of het vloeibare zuur toe, plaatst er dadelijk de kurk op en bevestigt deze met een zoogenaamden champagneknoop. De flesch wordt op eene koele plaats gezet en bij tusschenpozen van 15 tot 15 minuten zacht heen en weder bewogen, tot dat het zout of de kristallen volkomen zijn opgelost. Eenvoudig bruischwater. Water 36 oneen, bicarbonas natricus332y2 drachma’s, acidum sulphur. dilut. liy2 drachm. (of acidum tartaricum 3 drachm., pf acidum citric. 23/s drachm.) Dit bruisehmengsel bevat de bicarbonas natricus in zeer geringen overvloed. BUterwater. Water 36 oneen, bicarbonas natricus 4 drachm., sulphas magnesicus crystall. 10—12 drachm,, acid. sulphur. dil. 12 drachmen. Uzerwaier. Water 36 oneen, bicarbonas natricus 3% drachm., sulphas ferrosus cryst. 12 grein, acidum citricum 20 grein, acid. sulphur. dilut. 10 drachmen. Het mengsel bevat 5 grein carbonas ferrosus. lodwater. Water 36 oneen, iodetum kalicum 10 grein, bicarbonas natricus 4 drachm., acidum sulph. dilut. 12 drachm. Limonade. Water (of water en wiju) 30 oneen, syrupus citri (of Eubi Idaei enz.) 3—6 oneen, bicarbonas natricus 3Vg drachm., acidum tartaricum 3 drachm. (of acid. citric. B—9 scrupels. (Hager’s Pharmaceutische Centralhalle, 1862, N. 33, S. 269.)
140