3. Wijze ter verwijdering van ijzer uit sulphas cupricus.
Men schudt de oplossing van dit zout met versch bereid nog vochtig carbonas cupricus basicus, daargesteld door praecipitatie van sulphas cupricus met carbonas natricus. Bij het in rust stellen der vloeistof scheidt zich al het ijzer als carbonas ferrosus af en de door filtratie afgezonderde vloeistof bevat geen spoor ijzer. (Hager’s Pharmac. Centralhalle Dec. 1861.) Over den invloed der Mycodermen op de azijn vorming, door Pasteur. Onlangs werd door Pasteur de belangrijke ontdekking gedaan, dat de vorming van den azijn moet toegeschreven worden aan Mycodermen, als de overdragers der zuurstof op den alcohol. De daarop betrekking hebbende memorie, welke door Pasteur inde Académie des Sciences is voorgelezen behelst het volgende : De natuurkundigen duiden onder den naam van Mycodermen aan, die gladde of rimpelige vliesjes, (gewoonlijk wijnbloemen, bierbloemen, azijnbloemen genoemd), die men op de oppervlakte van alle gegiste vloeistoffen ziet verschijnen. Al wat men van deze kleine plantjes weet bepaalt zich tot korte beschrijvingen hunner vormen. Een dezer verdient eene bijzondere vermelding. Men vindt dikwijls in het vaatwerk waarin men azijn bewaart, eene geleiachtige massa, welke men sedert lang inde fabriektaal met den eigenaardigen naam van azijnmoer, mater aceti, bestempeld heeft. Berzelius beschrijft deze op de volgende wijs: „Av ordt azijn in vaten bewaard waarin hij met de lucht in aanraking komt, die zich verwisselen kan, dan wordt hij troe-
132