Dit gedeelte van het examen duurde van 13 December tot 33 December. De werkzaamheden, die den candidaten ten deel vielen, waren de volgende: Serie A. Bereiding van pharmaceutisch-chemische en galenische praeparaten. N°. 1. Chloretum hydrargyrosum. N°. 7. Sulphis magnesieus. Acidum boricum. Kermes minerale. Acidum phosphoricura. Citras magnesieus. Manna depurata. Extractum Saliois. Sapo mcdicatns. ünguentum Mezerei. n 8. Aethermuriaticusalcobolicus. , 2. Solutio Chlorii. Acidum benzoicum. lodetnm hydrargyrosum. Sulpbidum stibicum. Snlpbas zincicus uit onzuiver zink. Oleum Cajuputi depuratum, Emplastrum Oxydi plumbici. Chloretum natricum (depu- Snccus Liquiritiae depuratus. ratnra). „ 9. Snlpbis natricus. 3. Aether. Chloretum calcicum. Taitras kalico-ferricns. Oxydum zincicum uit onzui- Sulpbur praecipitatnm. ver zink. Extractum Sarsaparillae. Resitia Scammoniae. Emplastrum opiatnm. Extractum Secalis cornuti, „ 10. Acetas aethylicus. „ 4. Nitiis aethylicus cum Alcohole. Pyrophosphas natricus. Sulphnretnm calcicum. lodetum plumbicum. Catbonas bismuthicus. Oleum ïerebinthinae depu- Besina Jalapae. ratum. ünguentnm Picis. Sapo aromaticus solidus, Serie B. Onderzoek op deugdelijkheid der geneesmiddelen. N°. 1. Solutio chloreti ferrici Ed. II zuiver. n 3. Hydrochloras chinini verontreinigd met hydrochloras morphini, chloretum natricum en sulphas chinini. n 8. Yin urn stibiatum verontreinigd met lood. // 4. Solutio chloreti ferrici verontreinigd met nitras ferricus, chloretum cupricum en aluin. // 5. Aqua laurooerasi van duinwater met cyaanwaterstofzuur en met sulphas zincicus. // 7. Hydrochloras morphini verontreinigd met narcotine, chloretum natricum en hydrochloras chinini. u 8. Hydrochloras chinini zuiver. // 9. Hydrochloras morphini zuiver. n 10. Nitras argenticus fusus met chloretum argenticum en nitras kalious. Serie C. Bepaling van het werkzame bestanddeel [neengeneesmiddel. a. door maatanalyse. N°. 1. Cl in Solutio Hypoohloritis natrici. // 3. As2 03 in Solutio Arseniitis kalici composita. // 3. lodium opgelost in ioodkalium-oplossing op vrij I. // 4. H2 S04 in Acidum sulphuricum dilutum. // S. Ee in Solutio Chloreti ferrici. // 9. HCI ia Acidum hydrochloricum dilutum. » 10. Phenol in carbolzuur (bepaling met broom). b. door gewichtsanalyse. ■ N°. 1. Quinetum in Java-kina. // 3. Strychnine in Extractum nuois vomicae. // 3. Alcohol in Tinctura Chinae. n 4. Lood in Solutio Acetatis plümbici basici. // ' 8. Sulphas Chinini in Solutio gummosa. // 9. Bcsina jalapae in Sapo jalapinus. // 10. Sulphas Chinini in pillen. Serie D. Onderscheiding en opsporing van vergiften. N°. 1. a. Arsenigzuur in soep. h. Strychnine in bier. // 3. a. Cyaankalium in koffle-aftreksel. I. Morphine in ‘bier. u 3. a. Mercuridchloride in soep. b, Morphine in spijs. u 7. a. Loodacetaat in groente. b. Digitaline in spijs. n 8. a. Phosphorus in mosterd. I. Coniine in azijn. // 9. a. Koperacetaat in groente. b. Picrinezuur in bier. // 10. a. Zinkacetaat in bier, b. Atropine in spijs.

Tijdens de werkzaamheden, bij C genoemd, trok eender caudidaten zich terug. Na afloop der werkzaamheden werden op voorstel der subcommissicn 3 candidaten wegens onvoldoende resultaten afgewezen, terwijl de overige tot het mondeling examen toegelaten werden. Het mondeling examen werd door de Commissie in pleno afgenomen en duurde van 37 December tot en met 30 December. Daarbij werd toxicologie gevraagd door den heer Gunning, pharmaceutische botanie door den heer Coster, pbarmacognosie door den heer van Bijn van Alkemade, pharmacie door den heer Opwijrda. De commissie zag zich verplicht hierbij twee candidaten af te wijzen, den een wegens onvoldoende kennis in pharmaceutische botanie en pbarmacognosie, den ander wegens onvoldoende kennis in pharmaceutische chemie en toxicologie bij nauwelijks voldoende bewijzen van bekwaamheid in pharmaceutische botanie en in pbarmacognosie. Aan de overige 5 candidaten werd, nadat zij in handen van den voorzitter den voorgeschreven eed afgelegd hadden, de acte van bevoegdheid als apotheker uitgereikt. Hunne namen zijn: dr. G. Post, geboren te Groningen; A. H. Teljer, geboren te Loenen a/d Vecht; A. H. Nijdam, geboren te Sneek; E. Steenhuisen Hzn., geboren te Veendam; H, Stijris, geboren te Beek bij Maastricht. Amsterdam, 30 December 1876, Namens de Commissie, J. W. Gunning, Voorzitter. OVER PHOSPHAS CALCICUS. Een pharm.-chemische studie van W. Stoeder *). Sinds lang bestond bij mij het voornemen om mijne ervaring, bij de bereiding van bovengenoemd geneesmiddel opgedaan, te toetsen aan de gegevens der theorie, ten einde langs dien weg, zoo mogelijk, licht te brengen inde verwarring, die er over de bereiding en samenstelling van dit zout bestaat. Al de Leer- en Handboeken toch, althans die mij ten dienste staan, zoowel chemische als pharm.-chemische, brengen hem, die gaarne feiten en theorie te saam laat spreken, evenver, dat wil zeggen, dat zij eigenlijk nog meer verwarren dan ophelderen. ’t Is ook op pharmaceutisch terrein een ongelukkig teeken des tijds, dat er veel, veel te veel, wordt overgeschreven en zoo luttel weinig wordt geexperimenteerd. ’t Is de oorzaak van veel dwaling, die er niet op zal verminderen, tenzij er meer ambitie en eerzucht komen om de zaken in handen te nemen en langs den weg van zelfstandig critisch onderzoek, eigen inzichten en eigen overtuiging te veroveren. Jammer is het inderdaad dat dit niet beter wordt begrepen. Voor de jonge pharmaceuten ligt een enorm materiaal voor onderzoek opgestapeld. Dat het heerlijke woord van Goethe // Greif nur hinem !i hen mocht opwekken tot den arbeid en met rusteloozen ijver bezielen. Wij, ouderen, verlangen er naar met geheel ons hart. De aandrang tot het volbrengen van de taak, die ik boven omschreef, werd er niet minder op, toen ik ineen Eapport f) van den Geneesk. Baad voor Gelderland en Utrecht, waarin bijvoegsels en verbeteringen op onze vigeerende Pharmacopoea worden voorgesteld, ook den wensch zag uitgesproken naar eene wijziging van het voorschrift ter bereiding van onzen Phosphas Calcicus, welke wijziging, ik, op grond van Let hier volgende *) Dit artikel, medegedeeld inde vergadering van het Amsterdamsche departement en geplaatst inde Berichten der Ned. Maatschappij ter bevordering der Pharm., werd ons door den schrijver in afdruk gezonden met verzoek het, zooals het daar ligt, in het Weekblad op te nemen. Op verlangen van den schrijver hebben wij uit het oorspronkelijke veranderd: „4 HCI” (in plaats van „H Cl”), „ammoniumhydrophosphaat” (in plaats van „ammoniumhydrosulphaal”), „1,999” (in plaats van „1,396”). Red. f) Dit rapport door den heer Op w ij rd a uitgebracht, komt voor op pag. 387 van de Verzameling van stukken betreffende het geneeskundig Staatstoezigt over 1875 en bevat het volgende ter dezer zake : Phosphas Calcicus. Dewijl bij de groote hoeveelheid ammonia liquida, die de Pharm. opgeeft, reeds lang voor de laatste bijvoeging hiervan de zure reactie verdwenen is, wordt voorgesteld de woorden „opdat de zure reactie ophoudt” weg te nemen. Dan blijkt het ook duidelijk dat de Pharm. de normale of zoogenaamde driebasische Phosphorzure kalk verlangt, waaromtrent nu nog twijfel kan bestaan.