het poeder af te wegen en van mortier en stamper af te schrapen. De globuli worden bereid door de suikerbolletjes met eeuige dilutie vaneen geneesmiddel te besproeien, bijv. met de 18de dilutie van belladonna.
Met betrekking tot de geneesmiddelen moet nog opgemerkt worden , dat de homoeopaath niet let op de verbeteringen , die er bij de geneesmiddelen zijn ingevoerd , door bijv. chinine in plaats van kina, morphine in plaats van opium, zuiveren koolzuren kalk in plaats van oesterschelpen aan te wenden. Hij eischt dat de geneesmiddelen gelijk zijn aan die, welke voor de- proefnemingen gediend hebben. Wij zullen verder wel niet behoeven aan te wijzen, welke groote voorzorgen van afsluiting en afzondering er bij de bereiding en bewaring der geneesmiddelen zijn voorgeschreven ; geene metalen werktuigen mogen gebezigd worden ; het schoonmaken der werktuigen moet geschieden door ze herhaalde malen uitte spoelen met kokend water , er daarna herhaalde malen zuiveren alcohol in te verbranden en ze vervolgens aan ,de aanhoudende werking eener groote warmte bloot te stellen. Geen fleschje , dat voor eenig geneesmiddel gediend heel mag voor een ander geneesmiddel dienen. Inde homoeopathisohe apotheek komen geene pillen o ' zalven voor. De vormen , waarin de geneesmiddelen aa de patiënten worden uitgereikt, zijn : poeders, dranice en reukmiddelen. Poeders komen enkel voor bij ce practijk door correspondentie, anders worden altijd dran ken voorgeschreven. De vehikels der dranken zijn : aqu destillata, aqua alcoholisata (3 of 3 droppels alcohol o 30 gram gedestilleerd water), aqua syruposa (4 ii sgrar i suikerstroop op 30 gram gedestilleerd water), en aqu communis. Zij houden meestal 125 gram (omstreeks ‘i med. oneen) en worden lepelsgewijze gebruikt.— De reuk middelen zijn globuli of eenige droppels vloeibare dilu tie ineen fleschje, waaraan men moet ruiken. Eindelijk stippen wij nog de homoeopathische schrijfwijz aan. De droppels worden door gtt. aangeduid, bijv i-v? : aconiti IS1*2 gtt. 4 (d.i. 4 droppels der alcoholische tinctuur van herba aconiti door uitpersing inde 18de dilutie) aq. destillat. 135 gram. Zijnde gtt. niet aangeduid, dan is de bedoeling globuli , wier dilutie door Arabische of Eomeinsohe cijfers door noemers van breuken enz. wordt aangeduid, bijv. I^,; belladonn. 18dc 4of 18de IV of TV ofof (d.i. 4 globuli besprenkeld met de 18de dilutie der alcoholische tinctuur door uitpersing van herba belladonna) sacchar. lactis gr. 3 of 0,10 gram. M. D. S. op het oogenblik droog te nemen. De sterke tinctuur, speciaal met den naam van alcoholische tinctuur bestempeld, wordt aangeduid door T. of T. M. of in Duitschland door O. hijv. Ikc : aconiti T. M. gtt. 2 aquae dcstillatae 135 gram.
Ro : belladonn. T. M. gtt, 1 sacchar. lactis q. s. voor één pakje. Fac pulveres simil. No. 6. Ziehier een uittreksel der voornaamste bijzonderheden, ontleend aan het werkje, dat wij aan het hoofd van ons opstel plaatsten en waarheen wij onze lezers voor nadere inlichtingen verwijzen. Mcdedeellngen. Ingezonden stukken. ZUIVERHEID VAN ANTIMOON-METAAL. Een bekend verschijnsel is, dat metallisch antimoon voor de blaasbuis tot een gloeienden bol gesmolten en op eene oppervlakte geworpen, zich ineen tal van gloeiende bolletjes verspreidt, die telkens opspringende zwarte stralen als het overblijfsel van hun loop achterlaten. Het is ons bij herhaalde proefnemingen gebleken , dat deze eigenschap alleen het zuiver antimoon toekomt en dat de minste aanwezigheid vaneen ander metaal, bijv. ijzer, het verschijnsel verhindert. Het kan als een criterium der zuiverheid van antimoon-metaal worden beschouwd. KLEUES VERANDERING EENEK MIXTUEA VAN SUIPHAS CHINICUS , AQUA EOENICULI EN SYEUPUS EURI IDAEI. Dooreen collega werd ons ter bezichtiging gesteld eene mixtura, bereid naar het volgende recept: Rd : sulph. chinic. gr. 5. acid. sulphur. dilut. gtt. 5, aq. foenicul. unc. 3, syr. rubi idaei unc. |. Deze mixtura, eerst rood van kleur, had weldra eene groen- tot violetzwarte kleur aangenomen, zoodat onze collega meende, dat er op de eene of andere wijze vergissing had plaats gehad; maar bij eene hernieuwde bereiding vertoonde zich hetzelfde verschijnsel. Er moet hierbij opgemerkt worden, dat de aangewende aqua foeniculi bereid was door (zelf gestookt) 01. foeniculi in alcohol op te lossen en met gedestilleerd water aan te mengen. Ik kon mij geen reden van het verschijnsel geven en heb toen eenige proefnemingen ingesteld, waarvan ik het resultaat hierbij mededeel. -- De mixtura bereid met gedestilleerde aqua foeniculi was en bleef rood, zelfs na verloop van acht dagen; er werd alleen de gewone blauwachtige fluorescentie-tint in eene zeer geringe mate waargenomen. Eveneens zonder kleurverandering bleef de mixtura bereid met aqua destillata, terwijl er ten laatste 3 droppels 01. foeniculi werden bijgevoegd. Verandering echter had plaats , toen ik het 01. foeniculi ineen weinig alcohol oploste en deze oplossing met water aanmengde. Er ontstond bij het staan eene blauwachtige kleur, die toenam, naar gelang ik het alcoholgehalte vermeerderde. Een mengsel van 3 droppels 01. foeniculi, 3 a 3 drachmen alcohol, 3 oneen water, 5 grein sulphas chinicus en 5 droppels acid. sulphur. dil. had na verloop van eenige dagen niet alleen eene blauwe kleur aangenomen, waartusschen nog de roode van den syrupus rubi idaei doorschemerde, | maar zelfs had zich een violetzwart bezinksel afgezet, j dat bij het omschudden weder oploste.