Phannacwrtisch Weekblad

V( >( >l{ NEDERLAND. ONDER REDACTIE VAN E. J. OPWIJEDA, Apotheker te lijmegen. Het Pharmaceutisch Weekblad wordt eiken Zaturdag uitgegeven hij den Boekhandelaar D. B. CENTEN te Amsterdam. Prijs per jaargang , franco per post, ƒ4.50. Alle stukken, welke men in dit Blad wenscht opgenomen te zien, gelieve men franco in te zenden aan den Redacteur, onmiddelijk of onder couvert van en i gever , uiterlijk vóór Woensdag te Amsterdam of vóór Donderdag te Nijmegen. Prijs der advertentiëu: Van I tot 6 Regels , elke regel meer IS Cts., behalve het zegclregt. I Jaargang. \ ZOIMk, 26Maart 1865. | 3V“- _

Bij dit Weekblad behoort een Bijblad, bevattende : Beraad- I dagingen over Ontwerp II en 111 der Wet op de Geneeskunst. Toestand der pharmacie in Suriname. Volgens een partikulier berigt uit Paramaribo is de toestand der pharmacie in onze West-Indische kolonie ver van gunstig te noemen. Door de Begeiing in het moederland is in dit opzigt niets voor Suriname gedaan. Zelfs de Pharmacopoea Neerlandica is aldaar nog niet ingevoerd en inde koloniale wet geen artikel opgenomen, naar welke Pharmacopoea de pharmaceut moet werken. Te Paramaribo bestaan op dit oogenblik acht apotheken, waarvan vier voor weduwen of minderjarigen worden waargenomen. Volgens de koloniale wet van 1838 is de beperking van het getal apotheken bepaald tot vijf, bij uitsterving. Hieraan is evenwel nimmer de hand gehouden en het doel geheel gemist, dewijl wel nieuwe vestiging geweigerd, maar opvolging, verhuring en verpachting wordt toegestaan. Het toezigt wordt gehouden door eene Geneeskundige Commissie , die echter geheel op zich zelve staat. Dat onder dien stand van zaken de wetenschappelijkheid der apothekers veel te wenschen overlaat, ligt aan geen twijfel onderhevig. De geachte inzender ziet dan ook met verlangen de toepassing der Nederlandsche wetgeving op de pharmacie iu Suriname tegemoet. Mededeelingen. Ingebonden stukken . DNGÖËNTOM ALOÖS CUM PETROL EO. Deze zalf, volgens het voorschrift der Pharm. Belg. 1 bereid uit extractum aloës 3 deelen. fel bovinum, petroleum j van elk 3 deelen, axungia porei 31 deelen , komt nog vaak als uitwendig antihelminthicum voor. Wij maken de opmerking, dat bij letterlijke opvolging van het voorschrift dezer Pharm., namelijk vloeibaar maken van het vet op een zacht vuur en daaronder mengen van het extractum aloës, de bereiding slecht zal gelukken, dewijl door de warmte van de axungia het extractum aloës zal zamenkoeken en bezwaarlijk onder geroerd kan worden. Inden

zomer behoeft de axungia volstrekt niet vloeibaar gemaakt te worden, maar men kan het poeder van extractum aloës daaronder gereedelijk vermengen. Inden winter make men de axungia slechts een weinig week en vermenge daaronder het extract, zonder verdere warmte aan te wenden. BEAGBNS OP ATROPINE. Door Gulielmo is als hoogst gevoelig reagens op atropine (waardoor men zelfs milligram zou kunnen ontdekken) opgegeven, dat men op een horlogieglaasje het atropine met een weinig geconcentreerd zwavelzuur verwarmt, waarbij te gelijker tijd met het bruin worden van het mengsel een geur naar oranjebloesem wordt waargenomen. Nog duidelijker zal deze geur te voorschijn treden , indien men bij het mengsel een weinig gedestilleerd water voegt. Wij hebben de reactie herhaald , maar verkregen geen zeer bevredigend resultaat. Bij de verwarming van het mengsel van zwavelzuur en atropine verscheen wel eene bruine kleuring, maarde prikkelende dampen van het ontwijkende zwavelzuur en zwaveligzuur vergunden geene onderscheiding van eeuigen anderen reuk. Nadat wij het mengsel met een weinig gedestilleerd water hadden veidund, ontstond er een zwakke aromatieke reuk, naar onze bevinding niet overeenkomende met dien van oranjebloesem , maar eenigzins gelijkende op dien der bloemen van Spiraea ulmaria, namelijk naar spiroyl waterstof. Het verschijnsel bleek ons echter niet zoo opvallend, dat i wij het als eene gevoelige reactie op atropine zouden | durven aanbevelen. I Uittreksels «lt binnen- en bultenlandsche tijdschriften. Om tapiocca op de aanwezigheid van zetmeel te onderzoeken heeft Payen opgegeven een gedeelte met water te koken, bij den dunnen brij, van het vuur genomen, 34, droppels geconcentreerd zwavelzuur te voegen ea>, I sterk om te roeren. Bij aauwezigheidiya^pardappelmecl