handel gebragfc en op een kokend waterbad geplaatst. Eerst smelt de naphtaliue en blijft op het vocht drijven. Men schudt de kolf van tijd tot tijd sterk om :er ontwikkelen eenige roode dampen en langzamerhand zinkt de olieaehtige laag op den bodem. De bewerking is dan geƫindigd. Het bovendrijvende zuur wordt dan schielijk afgegoten en de olieachtige zelfstandigheid in eene schaal gebragt, waarin zij schielijk vast wordt. Onder het vastworden roert men onophoudelijk en wascht men de massa dikwijls uit, ten einde de overvloed van zuur te verwijderen. Tot zuivering der nitronaphtaline is het voldoende ze te smelten en na bekoeling sterk uitte persen. Als de nitronaphtaline gesmolten is, loopt zij even spoedig als water door het filtrum. De brooden van vast nitronaphtaline bezitten eene roodaehtige kleur als men ze in massa ziet, maar het poeder is schoon geel van kleur. Wanneer de massa sterk genoeg is uitgeperst, zoodat al de roode olie waarmede, zij doortrokken is ,is verwijderd, is de alzoo bereide nitronaphtaline zeer zuiver. Men bekomt ten naasten bij de theoretische hoeveelheid. De zure moederloogen bevatten verschillende produkten en bepaaldelijk wit binitronaphtaline , dat dikwijls bij de bekoeling er uit kristalliseert, en daarenboven bevatten zij eene groote hoeveelheid geel gekleurd salpeterzuur, dat men zeer goed tot verschillende doeleinden kan benuttigen, Naphtylamine. In eene kolf worden 1 deel nitronaphtaline en 6 deelen gewoon acidum hydrochloricum gedaan en zooveel gekorreld tin bijgevoegd, dat het de oppervlakte van het mengsel bereikt heeft. De kolf mag slechts voor de helft met het vocht gevuld zijn, waarna zij op het waterbad geplaatst eu van tijd tot tijd geschud wordt. Na verloop van eenige oogenblikken ontstaat eene sterke werking, de nitronaphtaline verdwijnt en het vocht wordt helder, hoewel bruin gekleurd. Men giet het vocht af in eene schaal, waarin zich een mengsel van 2 liters gewoon zoutzuur en 1 liter water bevindt, waarin het weldra geheel en al vast wordt door de kristallisatie van den hydrochloras napbtylaminae.

226