Meronitz in Bohemen) talk, chlorit, beryll, oligoklas (van Ttterby in Zweden), petalit en cordierit.
Al de mineralen welke, onder de opgenoemde, kiezelzuur bevatteden, werden gedeeltelijk ontleed, wanneer zij korten tijd met bet mengsel ineen open vat verhit werden. Werd bij het zwavelzuur vloeispathzuur gegoten, zoo werden zij hoogstens in 3 minuten opgelost. {■Journal für prakt. Chemie. Bd. LX.XXI, H, 2). Over phosphorwaterstof; door H. Landolt. Reeds lang geleden is door Graham (1) de opmerking gemaakt, dat het niet van zelf ontvlammend phosphorwaterstofgas door toevoeging eener uiterst geringe hoeveelheid salpeterigzuur inden zelfontvlammenden toestand veranderd wordt. Brengt men namelijk een droppel salpeterzuur aan den bovenwand eener met kwik gevulde glazen klok, en laat men bij de gevormde gasbel het 1000- tot lOOOOvoudige „volumen niet zelfontvlammend phosphorwaterstof bijkomen , zoo zal dit in hooge mate de eigenschap verkrijgen inde lucht van zelf te ontvlammen. Deze werking kan ook voortgebragt worden door bijmenging van waterstofgas, dat wordt voortgebragt door salpeterzuur bevattend zwavelzuur, en dat een spoor salpeterigzuur bevat. Grootere hoeveelheden bijgemengde salpeterigzure dampen zullen de zelfontvlambaarheid van het gas weder vernietigen. In dezen vorm is de Graham’sche proef weinig geschikt om herhaald te worden; men kan zich echter zeer gemakkelijk op de volgende wijze van de beschreven werking van het salpeterig- of ondersalpeterzuur overtuigen. Men bereidt volgens de methode van Rosé niet zelfontvlambaar phosphorwaterstof, door verwarming van phosphorus met geconcentreerde potaschloog, waarbij men ongeveer het P) Annalen der Chemie, Bd. LXXXIX ,S. 141.
56