noch door alcaliën, evenmin door chloorkalk laat zich deze kleur van de huid verwijderen. De ophioxyline is moeielijk oplosbaar in water. Bij de kooktemperatuur lossen in 100 deelen water 146 mgr op, zoodat 1 deel ruim 680 deelen kokend water vordert om op te lossen. Bij 15° is de oplosbaarheid geringer ; 105 grmm. der koud verzadigde oplossing werd met chloroform uitgeschud. Deze liet bij verdamping 32 mgr. terug, waaruit de oplosbaarheid in water van 15° wordt berekend als 1 op 3280. Van spiritus absolutus worden bij de kooktemperatuur ruim 3, bij de gewone temperatuur 21 deelen gevorderd, terwijl chloroform, benzol, zwavelkoolstof, aether aceticus en acetum glaciale de ophioxyline zeer gemakkelijk, petroleumaether en aether haar gemakkelijk oplossen. Het smeltpunt is 71 °,B, waarbij de kristallen tot eene donker roode vloeistof, die in water bezinkt overgaan; bij bekoeling stolt deze tot eene kristallijne massa. De ophioxyline is in kleine hoeveelheden zonder ontleding sublimeerbaar. Tusschen twee horlogeglazen ineen zandbad bij uiterst langzaam stijgende temperatuur verwarmd, sublimeert zij bij 135°, eene geringe donkergekleurde rest achterlatende. In het bovenste horlogeglas zetten zich naalden af, die in kleur en scheikundige eigenschappen met de oorspronkelijke stof overeenkomen Bij grootere hoeveelheden b. v. ineen reageerbuis verhit, heeft ontleding plaats en ontwikkelen zich, terwijl eene kleine hoeveelheid onveranderd sublimeert, teerachtige producten, die niet nader zijn onderzocht. Ook bij de gewone temperatuur vervluchtigt reeds een gedeelte, vooral als de ophioxyline vochtig is. De kalk wordt inde stoppen , waarin de poeleh padak bewaard wordt, allengs violet gekleurd, door de zich

10