keus bij de meesten en vuoral ook bij zijn 3 jongste lijders.
Een jaar later beschrijft Ziemann (25) ook in een rapport, naar hij later zegt onafhankelijk van Leys (hij kent zichzelf n.l. de prioriteit toe, o.a. in de discussie van de voordracht van Baermann te Hamburg (zie 3)), ouder geheel dezelfde benaming de ziekte in Kamerun.
Als aanvulling en bevestiging van de beschrijving van Leys moge het volgende uit het rapport van Ziemann aangehaald worden: „Fast stets aber beschrankt sich der Prozess auf die unmittelbare Umgebung der Nase bezw. des Mundes und dauert viele Jahre. Sclilieszlich kommt es zur Heilung unter starker narbiger Retraktion der Haut in der Umgebung der Nase bezw. des Mundes. Man findet statt der Nase, deren hautiger, knorpeliger und knöcherner Teil ganzlich geschwunden ist, nur noch zwei kleine Offnungen, die den beiden Nasen-choanen entspreclien. Der harte Gaumen kann z.T. zerstört sein. Der weiche Gaumen fehlt manchmal ganz. Manchmal sieht man in der Mitte desselben eine schlitzförmige Öffnung, weiche die Verbindung des Mundes mit der Nasenhöhle herstellt."
Éénmaal kon Ziemann den larynx onderzoeken bij een lijder met bijna toonlooze stem. Hij vond toen epiglottis, ware en valsche stembanden in litteekenweefsel veranderd. Soms beperkt het proces zich langen tijd tot neus of pharynx of begint in beide tegelijk. Slechts éénmaal zagZ. bij deze lijders ook ulcera op andere plaatsen van het lichaam. Ook Ziemann noemt verschillende gronden, waarop hij de ziekte verklaart als te zijn onafhankelijk van lupus, lepra en syphilis.
In slechts twee gevallen was het proces niet tot stilstand gekomen en kon hij afkrabsel onderzoeken. Daarin vond hij blastoinyceten, die hij echter niet kweekte. Hij spreekt de mogelijkheid uit, dat de gistcellen de ziekte zouden kunnen veroorzaken, eventueel in gemeenschap met L e i s h m a n i a.
Op de Hygiene-tentoonsteliing te Dresden zag ik een