Bijlage I
Toelichting.
Het oogonderzoek bij de Europeanen is verricht met de letterproeven volgens Snellen; de afstanden in de eerste rubriek vermeld zijn die, waarop de onderste regel (voor normale oogen op 6 Meter te onderscheiden) werd gelezen. Daarnevens zijn de Europeanen onderzocht met den haak, welken Cohn heeft aangegeven voor massaal onderzoek;
Edit met de bedoeling den visus van de Europeanen te kunnen vergelijken met dien van een gelijk aantal Inlanders.— Wanneer vier achtereenvolgende keeren de stand van den haak juist werd aangegeven, werd de onderzochte persoon beschouwd de figuur ook goed te onderscheiden.
De Inlandsche militairen werden in de eerste plaats eveneens onderzocht met den haak van Cohn, van welken de heer Dr. Kleiweg de Zwaan meerdere exemplaren ten gebruike bij het oogonderzoek aan het Hoofdbureau achterliet. In de tweede plaats werden zij onderzocht met een haak, waarvan de middelste horizontale streep is doorbH getrokken tot gelijke lengte als de bovenste en •===== onderste horizontale; dit namelijk met het doel het verschil in uitkomst te kunnen nagaan met den haak van Cohn, waaraan m.i. de fout kleeft, dat het niet geheel doorgetrokken zijn van het middelste been een zeer gemakkelijk onderscheiden van den juisten stand in de hand werkt, omdat de onderlinge afstand van de bovenste en onderste horizontale streep aan. de rechterzijde van het proefbeeld van Cohn drie maal zoo groot is als de onderlinge afstand, welke theoretisch op een afstand van 6 Meter van een normaal oog gevergd kan worden. Het gevolg daarvan is, dat men reeds op zeer grooten afstand een vermoeden krijgt, waar het meeste „wit" is en dus ook waar de haak heenwijst.