Eene wiskundige zekerheid, dat alle koelie's die op de lijsten voorkomen, werkelijk gevaccineerd zijn, zou alleen gegeven kunnen worden, indien alle vaccinaties door mij persoonlijk waren verricht. Uit liet bovenstaande blijkt m.i. echter voldoende, dat de waarschijnlijkheid, dat alle vaccinatie's werkelijk verricht zijn, eene aan zekerheid grenzende is.
Een geheel andere vraag is, welke waarde de statistiek van Stagen heeft. Dr Nijland heeft gehoord, dat er collega's zijn, die op grond van deze statistiek elke waarde aan het choleravaccin hebben ontzegd. Dat is zeer sterk. Al is hier niets gebleken van een beduidende waarde van het choleravaccin, daar blijven toch tegenover staan tal van andere waarnemingen, die wel wijzen op eene beschuttende werking. Wel toepasselijk is hier het woord van Ross: „Ideas „of numbers and quantity, however, are often completely „disregarded — a cominon fault of biological work". Mijne gegevens kunnen er alleen toe bijdragen de waarde zuiverder bepalen.
Wanneer de statistiek schade heeft gedaan aan de toepassing van het choleravaccin, kan mij dat niet als een verwijt treffen, getuige mijn eerste schrijven aan Dr. Nijland. Eerder is de heer Nijland zelf daaraan schuld, waar hij aan eene statistiek van 27 gevallen een groot gedeelte van zijne voordracht wijdt. Op die wijze wordt de „Achtung „vor der Zahl" (Prinzing), die waarschijnlijk eenige collegae parten heeft gespeeld, nog ondersteund.
Ten slotte wil ik eene verbeterde opgave der cijfers doen. Ik had deze aan Dr. Nijland na eene volgende choleraepidemie willen zenden, zooals ik hem schreef Nu toch het onderwerp ter sprake is gekomen, laat ik ze nu volgen.
Vóór de vaccinaties bedroeg het aantal koelie's 2368. Geënt zijn 1297 koelie's, niet geënt dus 1071.
Aldus: