cholera, dan moest elke malariahaard wel in korten tijd worden ontvolkt. Wat zou er van het leven in onze Koloniën dan terecht kunnen komen? Het is al ernstig genoeg, wanneer per duizend inwoners jaarlijks meer dan 5 aan malaria succombeeren, zooals bovenstaand inortaliteits-lijstje voor Manggabesar doet zien. Meer dan 10% van de geheele mortaliteit maakt dit bedrag inmiddels volgens de nu beschikbare gegevens niet uit, en 90% van de onderzochte overledenen zijn aan andere ziekten dan malaria gestorven. Onder die 90% zullen er stellig velen zijn, bij wie een malaria-infectie liet weerstandsvermogen heeft verzwakt, zoodat zij als indirecte doodsoorzaak niet zonder invloed is gebleven. De directe doodsoorzaak blijft in die 90% dan niettemin één uit de reeks andere ziekten, die een doodelijk verloop kunnen hebben. En de noodzakelijkheid van een georganizeerd preventief optreden tegen al die andere ziekten wordt in geen enkel opzicht beperkt door de omstandigheid, dat een primaire malaria-infectie haar doodelijk verloop bevorderen kan. Niet in malariabestrijding alléén ligt dus het zwaartepunt der tropische hygiëne.

Het is noodig, op de beteekenis van deze stelling het volle licht te doen schijnen, waar tot in den laatsten tijd niet zelden voedsel is gegeven aan de opvatting, dat in de tropen het woord „assaineeren" synoniem met „malariabestrijding" is.

Tot deze scheinatizeerende opvatting heeft onze uiterst gebrekkige kennis van geneeskundige demografie gereedelijk aanleiding gegeven. Waar op dit terrein onderzoekingen zijn gedaan, waren de twee eerste feiten, die tot erkenning kwamen, de volgende: 1°. In onze Koloniën heerscht in verschillende centra een zeer hooge sterfte. 2° Onder de Inlandsche bevolking komt malaria bijna overal endemisch voor en heeft in talrijke streken een buitengewoon hoog percentage daarvan aangetast.