afgeven van een doodsverklaring en een verklaring omtrent de oorzaak van den dood, kan o. a. voor de 3 hoofdplaatsen worden nagegaan, aan welke voornaamste ziekten uit het oogpunt der algemeene volksgezondheid de dood moest worden geweten. In een samenvattend staatje over het 4-jarig tijdperk 1908-1911 wordt dit hieronder voor malaria, typhus, pokken, cholera, dysenterie en longtuberculose gerecapituleerd en voor elk dezer ziekten in procentgetallen van de totaal-sterfte het aandeel, dat zij hieraan hebben gehad, uitgedrukt:

Batavia. Semarang. Soerabaya. Totaal aantal overledenen. 1023 674 961

Hiervan aan:

malaria 50=4.9% 75=11.1% 103=10.7%

typhus 55=5.4 „ 58= 4.6 „ 39= 4.1 „

pokken 1=0.1 „ 3= 0.4 „ 6= 0.6 „

cholera 95=9.3,, 110=16.3,, 42= 4.4 „

dysenterie 33=3.2 „ 28= 4.2 „ 14= 1.5 „

longtuberculose 62=6.1 „ 41= 6.1 „ 75= 7.8 „

Voor Batavia staat gedurende dit vierjarig tijdperk als doodsoorzaak onder de Europeanen cholera bovenaan. Hierop volgt als eerste: longtuberculose; daarna: typhus, vervolgens malaria, en dan dysenterie; terwijl pokken zoo goed als geen gewicht in de schaal leggen. In verband met hetgeen omtrent pokken onder de Inlanders verderop blijken zal, nl. dat deze ziekte bij hen onder de doodsoorzaken te Batavia een voorname plaats inneemt, is uit deze cijfers reeds een belangrijke leering te trekken, waarop wij nader terugkomen. Voor Semarang is de volgorde van de voornaamste doodsoörzaken van 1908—1911 onder de Europeanen geweest: cholera, malaria, typhus, longtuberculose, dysenterie.

Voor Soerabaya: malaria, longtuberculose, cholera, typhus, dysenterie.