voor geheele dessawijken (waarin derhalve de rattepest nog niet geëindigd is), is deze termijn van besmettelijkheid bij intensief optredende mensehenpest, ergo by intensief bestaande rattepest, betrekkelijk een korte. Anders toch zou het onmogelijk te verklaren zijn, dat het mij in alle gevallen is mogen gelukken, de bewoners van geheele dessawijken (50—100 huisgezinnen tellende) voor de ziekte in bijna absoluten zin te vrijwaren, door hen slechts voor een termijn van 3-4 weken uit hunne woningen te evacueeren, zonder dat er in dien tijd ook maar het minste aan hunne woningen werd gedaan. In het kort kan men dit aldus formuleereu: Hoe heviger de rattepest woedt, hoe eerder zij zal zijn geëindigd en hoe eerder derhalve het infectiegevaar voor den mensch zal hebben opgehouden te bestaan.
De heer Kiewiet de Jonge wil verder de vele pestgevallen in Kedirie als argument doen gelden tegen de woningverbetering (pag. 520); ik kan hem hier met beslistheid verzekeren, dat hij over deze kwestie ten eenenmale verkeerd is ingelicht. Verder zal ik over dit punt niet in bijzonderheden treden.
In het bovenstaande heb ik m. i. op voldoende gronden aangetoond: primo, dat er geen enkele grond voorbestaat, aan mijne beoordeeling van de verkregen statistische gegevens eene wetenschappelijke waarde te ontzeggen, zooals de heer Kiewiet de Jonge aan het slot van zijn betoog wil doen uitkomen, en secundo, dat zijn critiek geen verandering kan gebracht hebben in de door mij uitgesproken en alleszins gewettigde conclusie's over de waarde der toegepaste pestvaccins.
Malang, November 1912.