warme kruiken niet hinderden, werden zij verstrekt, doch niet opgedrongen.
Rijstewater werd beter gedronken dan het gerstewater, dat in den aanvang der epidemie werd gegeven. Slappe, warme thee en koolzuur-houdende dranken hadden méér aftrek
Massage deed den patiënten goed, doch hief de spierkrampen zelden op. Eene verbeterde bloedcirculatie na ijverige massage heb ik niet kunnen waarnemen.
Subcutane digaleen-, kamferolie- of morphine-injectie's werden in het stadium algidum door mij in de latere periode der behandeling niet meer gegeven, omdat ik in de intraveneuse infusie eeuer hypertonische zoutoplossing een middel had, dat digaleen, kamfer en morphine overtrof.
Melk werd door de Inlanders zéér ongaarne gedronken.
De intraveneuse injectie van hypertonische zoutsolutie nam ten slotte de eerste plaats in in de rij der middelen ter symptomatische behandeling. In den beginne huiverde ik wel wat voor eene intraveneuse injectie, omdat de omstandigheden zóó waren, dat steriel werken lastig ging; doch toen bij een' patiënt, in het stadium algidum verkeerende, de vloeistof na eene hypodermoclyse in de rechter regio subclavicularis, niettegenstaande ijverige massage, niet geresorbeerd werd, en de belasting van den thorax schijnbaar de respiratie belemmerde, weerhield het schrikbeeld eener mogelijke infectie mij niet meer en verrichtte ik de intraveneuse injectie van twee Liter hypertonische zoutsolutie, tot 38°C. verwarmd. Het resultaat was verrassend: de patiënt, die van dyspnoe niet meer wist, waar hij het zoeken zou, geen voelbaren radialispols had, het gelaat pijnlijk vertrok van de spierkrampen in kuiten en armen, zich onrustig wentelde op zijne krib en zich nauwelijks verstaanbaar kon maken met zijn vox cholerica, was een geheel ander mensch geworden: de ademhaling werd dieper en langzamer, de radialispols krachtig, de spierkrampen waren met een'