en ik geloof dat het van groote waarde is, ook de cerebrospinaalvloeistof te onderzoeken.
Er is vooral in den laatsten tijd herhaaldelijk op gewezen, dat er belangrijke pathologische afwijkingen in het cerebrospinaalvocht kunnen bestaan niettegenstaande de W. R. van het bloedserum negatief is.
Grünberg heeft een geval beschreven van een persoon, die in 1909 een primair affect kreeg, tot Januari 1911 vier injectiekuren van salicylas hydrargyric. doormaakte zonder na zijn eerste secundaire verschijnselen ooit een recidief te hebben gehad, sinds dien een negatieve W. R. had en ook hield na een salvarsan-injectie, zoodat hij voor genezen werd verklaard. Einde 1911 kreeg hij weer een salvarsaninjectie, door toevallige omstandigheden van slechts 50 mg. W. R. vóór de injectie negatief; den dag na de injectie trad een positieve uitslag op. Kort daarna kreeg hij lues cerebri.
Gennerich zelf heeft daarentegen een geval waargenomen, waarbij twee maanden na een provokatorische salvarsan-injectiè met negatief resultaat een reinfectio syphilitica optrad.
Blijkt deze provokatorische injectie werkelijk doeltreffend te zijn, hetgeen reeds van verschillende zijden is bevestigd, dan kan dit voor de syphilistherapie een feit van groote praktische beteekenis worden.
Het derde criterium van genezing en wel het beste van de drie is de reinfectio syphilitica. Absoluut is dit ook al weer niet, daar enkele gevallen van manifeste tertiaire lues bekend zijn, waarbij toch een reinfectie is opgetreden. Dit zijn echter hooge uitzonderingen ; in het algemeen kan men aannemen, dat reinfectie alleen plaats heeft, wanneer het oude ziekteproces is genezen.
Komt men dus voor de vraag te staan of een patiënt, die een krachtige antiluetische kuur heeft doorgemaakt, genezen is, dan moet als allereerste eisch gesteld worden een negatieve W. R. van zijn bloedserum gedurende minstens een jaar na de laatste behandeling. Is hieraan voldaan, en blijft zij