Secundaire t ij d p e r k le halfjaar 2e halfjaar
Aantal behandelde aandoeningen 257 193
W. R. na de behandeling positief gebleven 22 12
W-R- » » .. negatief geworden . . 235 181
R- >• » „ negatief gebleven . . 139 157
W. R. „ „ „ weer positief geworden 63 ' 12
Verder verloop van de W. R. onbekend gebleven. 26 10
Hiervan klinisch recidief gehad. ... 4
„ geen klinisch recidief gehad. . 16 6
„ geheel onbekend 6 4
Recidief gehad bij negatieve W. R 7 2
Tertiaire tijdperk le halfjaar 2e halfjaar
Aantal behandelde aandoeningen 20 10
W. R. na de behandeling positief gebleven . . 4 1
W. R. „ „ „ negatief geworden . . 16 9
W. R. „ „ „ negatief gebleven . . 7 5
W. R. „ „ „ weer positief geworden 4 2
Verder verloop van de W. R. onbekend: 5 2
Hiervan klinisch recidief gehad. . . . 1
» geen klinisch recidief gehad. .3 2
,, geheel onbekend 1'
Deze cijfers hebben natuurlijk slechts een betrekkelijke waaide, daar de observatietijd, 3—13 maanden, nog te kort is oin er met zekerheid een conclusie uit te kunnen trekken.
Toch kan men zich bij nadere beschouwing wel eenig oordeel vormen over het resultaat van de behandeling. Schenkt men 0111 te beginnen de aandacht uitsluitend aan de eerste kolom —de resultaten van de salvarsanbehandéling in liet eerste halfjaar dan ziet men gemakkelijk uit de gegevens, dat de W. R. zelfs na behandeling met 600 111 gr. salvarsan als hoogste dosis in de meeste gevallen negatief wordt, en gedurende geruimen tijd negatief kan blijven.
Verder bleef van de 28 patienten met primair affect, waarvan 19 met een positieve W. R, slechts in 2 gevallen de W. R.