Antwoord aan Dr. G. GRIJNS op zijne kritische opmerkingen over mijne verhandeling betref=
fende den invloed van verzuurde rijst op polyneuritis gallinarum,
door
D. J. HULSHOFF POL,
Geneesheer-Directeur van het Krankzinnigengesticht te Lawang.
1» dit tijdschrift 1912 le afl. komt een verhandeling van mij voor, getiteld „Iets over de aetiologie van polyneuritis „gallinarum in verband met verzuurde rijst."
Daartoe door den Gérant in de gelegenheid gesteld, gaf Grijns in dezelfde aflevering bl. 51 zijn „Kritische opmerkingen over" enz.
In mijn verhandeling-gaf ik te kennen, dat van de bestaande opvattingen omtrent het ontstaan der bekende hoenderziekte, de zenuwhonger-hypothese mij het meest onwaarschijnlijk toescheen en wel om drie redenen.
Allereerst is het niet gelukt, door toevoeging, aan afgewerkte rijst, van ons bekende tot de voeding behoorende chemische verbindingen, de hoenderziekte te voorkomen of te genezen.
Grijns voert, in zijn „Kritische opmerkingen" hier tegen aan, dat extracten uit dedek in staat zijn de ziekte te genezen.
Dit nu is volkomen juist, en bekend. Het bewijst echter volstrekt niet, dat de in het dedekextract voorkomende bestanddeelen, welke zoo gunstig werken, zenuwvoedingstoffen zijn.