pisch zijn geen vibrionen aan te toonen. Nitroso-indolreactie na 6,10 en 18 uur negatief; uitzaaiing van faeces op bloedalkaliplaten volgens v. Esch geeft geen resultaat, na24uurzijn de piaten inacroscopiscii steriel gebleven, behoudens enkele staphylococcenkolonies. Uitzaaiing op dezelfde piaten na „Anreicherung" in peptonwater geeft evenmin positief resultaat. Van een bouilloncultuur wordt uitgezaaid op bouillonagarplaten: verscheidene scherp gecontoureerde, grauwwitte kolonies, die blijken te bestaan uit levendig bewegelijke staafjes met afgeronde polen. Deze bacterie stremt melk niet, doch doet ze na ongeveer 15 dagen doorschijnend worden onder vorming van een sterk alcalische reactie; op Endopiaten groeien ze als witte kolonies. Geen indolvorming. Melksuiker wordt niet vergist, druivensuiker wel; in lakmoes-nutrose-melksuiker-oplossing treedt zuurvorming noch coagulatie op.

Wij hebben hier dus een bacterie, die wat de eigenschappen op de beschikbare voedingsbodems betreft, geheel overeenkomt met die van de paratyphus- of Gaertnergroep.

2. De Heer A. is in den avond van den 21en December ziek geworden met krampen in den buik en diarrhoea; nog geen braken. 22 December 1 uur v.m. wordt hij eveneens als verdacht van cholera in het Militair Hospitaal opgenomen. Bij binnenkomst is de algemeene toestand vrij goed; pols klein, week frequent; huidturgor is aanwezig; de stem is niet typisch voor cholera; geen kuitkrampen. Een uur na binnenkomst begint patiënt te braken; de ontlasting wordt meer frequent en rijstwaterachtig. Tegen 6 uur in den morgen treden kuitkrampen op; duidelijke vox cholerica; pols niet voelbaar, anurie, temp. 36°2. 's Morgens om 9 uur heeft patiënt nog geen urineloozing gehad; ontlasting als rijstwater. Tegen den middag een weinig urineloozing. De temperatuur varieert tusschen 36°2 en 36°5. 24 Dec. Algemeene toestand langzamerhand verbeterd; geen kuitkrampen meer, huidturgor beter, geen braken meer; de hoeveelheid geloosde urine wordt grooter.