familiewoning gekozen. De ondervinding leert, dat wanneer deze afstand zoo groot genomen wordt, dat verpleger en familie elkaar niet kunnen beroepen, de angst, die vooral in den nacht in de harten van Javanen dringt, wanneer ze geheel alleen de wacht hebben bij ernstige zieken, de lieden er toe brengt, steun te zoeken door de aanwezigheid van rneer personen. Ten slotte vindt men de ziekenhut omringd door een kring van belangstellenden, hetgeen vooral voor den zieke niet wenschelijk is. Is de afstand klein, zoodat de familie op ieder oogenblik gemakkelijk beroepen kan worden, dan geeft dit een steun, welke de angst en daarmede de belangstellenden doet wegblijven. Fig. 10 geeft de situatie van de woning en ziekenhut aan, zooals ze in de practijk goed voldaan heeft.
Is de patiënt overleden of hersteld, zoo wordt een nieuwe woning betrokken. Van de verlaten familiewoning worden de slaapplaatsen verbrand en het dak wordt verwijderd om het inwendige aan het felle zonlicht te kunnen blootstellen. De kleine ziekenhut wordt verbrand, indien de pestvorm eenige verdenking op besmettelijkheid heeft gegeven. Na meer dan l/2 maand wordt de woning weder van een dak voorzien en de ziekenhut eventueel herbouwd. De tijd van 16 a 20 dagen is ruim voldoende om alle kansen te ontgaan dat mogelijk geïmporteerde vlooien gevaren zouden opleveren voor toekomstige inwoners, want:
1°. leeft een rattevloo, die eenmaal bloed heeft gezogen en daartoe later niet meer in de gelegenheid gesteld wordt, volgensproeven in Britsch-Indiëgenomen nietlangerdanödagen.
2°. sterft de vloo in het algemeen zeer spoedig in de felle zon.
3°. is door de Britsch-Indische pestcommissie geconstateerd, dat slechts onder de meest gunstige onstandigheden vlooien tot 15 dagen nadat zij zich met het bloed van een pestrat hebben gevoed, de infectie op een gezond dier kunnen overbrengen.