gedane ervaring Buitengewoon nauwkeurig werd de samenhang tussclien epizoötie en epidemie vastgesteld door Ashburton Thompson en Tidswell in Australië (1900). Daar de omvang van de epidemie slechts klein was, en deze uitbrak onder een volkomen Europeesche bevolking, was een nauwkeurig onderzoek van ieder geval mogelijk. Thompson maakte uit deze waarnemingen de volgende conclusies: 1°. Rattenpest ging vooraf aan het eerste geval van pest, dat onder de menschen werd waargenomen; 2°. de verspreiding van de epizoötie was volkomen gelijk aan die van de epidemie; 3°. de epidemie was veroorzaakt door het overbrengen der besmetting van de rat op den mensch.

Verdere bewijzen voor de afhankelijkheid der epidemie van de epizoötie werden bij iedere volgende epidemie op nieuwe plaatsen geleverd, en in de laatste 15 jaren is er geen epidemie van bubonenpest geweest, waarin dat verband bij nauwkeurig onderzoek niet is aangetoond kunnen worden. En, daar de menschelijke bubonenpest niet besmettelijk is, volgt hieruit, dat het bestaan van rattenpest noodig is voor het optreden van een epidemie dezer ziekte onder de menschen.

Reeds werd melding gemaakt van de meening der geneeskundigen in Zuid-China, dat de epizoötie aan de epidemie voorafgaat. Dit punt werd door de Commission for investigation of plague in India zeer zorgvuldig nagegaan in Bombay en twee dorpen in Punjab, gedurende de jaren 1905 en 1906. In Bombay werden gedurende 15 maanden wekelijks gemiddeld 1500 ratten onderzocht, en het percent der met pest besmette dieren vastgesteld. Uit een vergelijking met het verloop der ziekte onder de menschen in die plaatsen is nu gebleken, dat de rattenpest toeneemt en vermindert enkele weken eerder dan de menschenpest. Hetzelfde feit bleek uit de gegevens verzameld in Punjab en in dorpen in de omgeving van Bombay. Dat de rattenpest aan de menschenpest voorafgaat, is op zich zelf nog geen