Harst worden de volgende afwijkingen gevonden: blaaswand vergroeid met buikwand, verdikt, bindweefselwoekering; in de blaas brides; blaas gevuld met etterachtige urine. Pyelitis. Rechter nier zeer bloedrijk, weefsel straalvormig gestreept. Linker hartventrikelwand verdikt. Lever vergroot. Hyperaemie der hersenvliezen, hydrocephalus externus en oedema cerebri. Ruggemergsvliezen hyperaemisch. Het ruggemerg dun, vooral het borstmerg. Bij microscopisch onderzoek van het ruggemerg duidelijke degeneratie met holtevorming in de witte stof.

Observ. 2.

de V., Europeaan, schipper, 35 jr. 16 Mei 1900 gebeten, tegelijk met 30 andere personen, door een zeer waarschijnlijk dollen hond: oppervlakkig wondje vinger. 30 Mei d.a.v. begin antirab. behandeling. 8 Juni, dus 9 dagen later, eerste verschijnselen: koorts, pijnen in buik en beenen, paraesthesieën. 2 Dagen later: retentio urinae et alvi, en parese der beenen. Kramp van den sphincter vesicae. Knie- en voetzoolreflexen verhoogd; hypaesthesie van beenen en buik. Reeds 2 dagen later cystitis (met temperatuurstijging), die, terwijl de parese der beenen beter wordt, verergert. 18 Juni exitus.

Pat. onderging een sterke antirabische behandeling, die zonder interruptie is voortgezet.

Sectie (D. D. de Haan en Grijns). Tuberculose (met neiging tot genezing) van verschillende organen. Diphtheritisch-haemorrhagische cystitis, pyelitis beiderzijds. Hersenen en ruggemerg normaal (geen verweeking of bloedingen), ook bij microscopisch onderzoek. Entingsproeven met het ruggemerg negatief.

Observ. 3:

B. Europeaan, matroos, 27 jr. 16 Mei 1900 gebeten door denzelfden hond als obs. 2: oppervlakkige wondjes vingers. 31 Mei: begin antirab. behandeling; 11 Juni, dus 11 dagen later, eerste symptomen: matige koorts, pijnen door 'tgeheele lichaam. Na 1 dag: kortdurende retentio urinae. Daarna paraesthesieën, anaesthesie der beenen, hyperaesthesie boven de anaesthetische gedeelten; versterkte patellairreflex. Volgende dag: paralyse der beenen; sensibiliteitsstoornissen en parese der armen. Eenige dagen later zijn de patelair-, cremasteren huidreflexen afwezig. 14 Dagen na het begin der ziekte worden de paralysen beter, en na 3 maanden is patiënt volkomen genezen.

Pat. onderging een sterke antirab. behandeling, die bij het optreden der verlammingen gestaakt werd en later niet is voortgezet.

Observ. 4.

H. Europeaan, commies, 35 jr. 24 Januari 1902 gebeten door een

40